’s Morgensvroeg met de hond wandelen dat doe ik bijna iedere ochtend. Meestal lopen we door het veld. Minder verkeer komt er voorbij, de vogeltjes hoor je fluiten en soms mag je heerlijk genieten van wat het land te bieden heeft, zelfs de poeplucht!
Een beetje mijn hoofd leegmakend en ik zie in de verte meneer P. lopen, je mag het bijna strompelen noemen. Och denk ik meteen, dit jaar zijn vrouw nog moeten afgeven en het lopen gaat bijna niet meer.
Op dat moment neem ik me voor als ik thuis ben, hond water en voer geven, omkleden en bij hem even op bezoek of zoals we dat zeggen lekker op de koffie.
Bij meneer P. aangekomen op de intercom- knop gedrukt en ik mag naar boven naar zijn appartement
Hij ziet mij en zijn eerste reactie: ik ben nog niet dood, maar vooruit kom erin. Koffie? Tuurlijk wil jij koffie, daarvoor ben je zeker gekomen.
Nou om eerlijk te zijn lust ik koffie maar ben eigenlijk voor u gekomen. Zag u zojuist in het veld lopen.
Nou lopen, zegt meneer P. : schravelen.
Heb toch maar zelf de koffie voor ons tweetjes gezet met zijn toestemming uiteraard.
Genietend van zijn bakkie begint hij te vertellen.
Weet je nog dat we op mijn vrouw T. getoost hebben tijdens de uitvaart? Dat ik de woorden sprak: vier het leven dat heeft T. ook altijd gedaan. Het was voor mij een symbool van dankbaarheid dat ik zo lang met haar samen mocht zijn. Dat ik haar beloofde goed voor mezelf te zorgen en er nog een feestje van zou maken op mijn 96e. Toen werd hij stil.
Een paar tellen heb ik hem even deze stilte gegeven en daarna de vraag gesteld:” waarom vertelde u niet verder. Wilt u aangeven dat er nu geen feestje is of meer is.”
Om mijn gedachten meteen uit te spreken zei P, er is niks meer. De dagen zijn leeg, kan ze niet en misschien wil ik ze niet oppakken. Heb al hulp gehad, ben naar de ouderen geweest. Zie niemand of bijna niemand meer die een bakkie komt doen. De Kerst staat voor de deur en daar zie ik tegenop, dat kun jij je niet voorstellen. Mijn lieve T. kookte voor deze dagen de sterren van de hemel en we peuzelden dat heerlijk op. Jaar in jaar uit. Nu mag ik naar de kantine(de eetzaal van het verzorgingstehuis) .
Samen nog een hele tijd gesproken. Paar afspraken gemaakt om hem uit zijn isolement te krijgen. Gelukkig heeft hij na ons gesprek de feestschoentjes aangetrokken.
Zelf heeft hij eigenlijk de oplossing van zijn isolement gemaakt en ik mocht een klein duwtje geven.
Een geweldige Kerst gehad met de ouderen. Zijn natje en zijn droogje.
Dan zie ik hem af en toe door het veld schravelen. Zwaaien heeft geen zin, dat ziet hij niet meer, maar ben zo blij dat hij weer wil genieten van de dag.
Op naar de 100 zei ik laatst. Nou en of was zijn antwoord. Mijn tijd komt maar nu eerst mijn feestje.