VerhalenJan Kessels

HALLO HISTORIE: Stormen zijn van alle tijden. Eind juni 1891 raasde een noodweer over Midden Limburg

Midden Limburg

Of het nu bij de bakker is, aan de kassa van de supermarkt of bij de koffieautomaat, er zullen weinig onderwerpen zijn die zo vaak ter sprake komen als het weer. Meestal is het te koud, te nat of  te heet. De laatste jaren gaat het echter ook steeds vaker over de extreme kanten van het weer. Bij de media schieten superlatieven tekort als ze weer nieuwe hitterecords weten te melden.

Wereldwijd krijgen we steeds meer te maken met extreme weersomstandigheden, enorme hitte, zware windstoten en enorme regenbuien waarschuwen ze. Beelden van drijvende auto’s door ondergelopen straten en enorme modderstromen zullen u ongetwijfeld bekend voorkomen. Ook Limburg bleef daar niet van bespaard zoals we in de afgelopen jaren hebben gezien. De kans op overstromingen van de Maas en de zijrivieren is aanzienlijk groter dan vroeger. Natuurlijk wordt de opwarming van de aarde en daardoor het veranderende klimaat als oorzaak gezien.

Toch kon het hier vroeger ook al behoorlijk spoken. Op 4 juli 1994 raasde er een windhoos over Midden Limburg die een groot aantal bomen ontwortelde. Omvallende bomen belandden op de Sint Servaaskapel in Nunhem die daardoor zwaar beschadigd raakte. Meteolink meldde destijds  dat in een strook van Baexem naar Neer hagelstenen werden gemeten van zo’n vijf centimeter in doorsnee. Meer recent zijn de overstromingen van de Maas met enorme schade in Valkenburg en omgeving als gevolg.

Een razende storm boven Midden Limburg die inmiddels grotendeels in de vergetelheid is geraakt is de storm van eind juni 1891. Eerst trok op donderdag 25 juni 1891 een zwaar onweer met enorme windhozen, blikseminslagen en hagelbuien over Midden Limburg. Het dagblad De Nieuwe Koerier meldde daar destijds over:

(… ) Te ongeveer kwart over vier pakten zich, nadat ’s morgens reeds een onweer gewoed had, hooge loodblauwe wolkengevaarten aan de zuidwestelijken horizon samen en na verloop van een half uur dreigde ook uit de richting Horn-Haelen een zwaar onweer. Ook van het zuiden en uit het noorden kwamen twee onweders opzetten.

(…)  Te vijf uur brak het in volle heftigheid los. Onder geweldige slagen en na zwaren wind ontstond plotseling een geraas op dak en vensters dat zich in ’t eerste oogenblik niemand wist te verklaren. De eerste indruk die het op velen maakte was, dat de bliksem ingeslagen was. Maar spoedig bewees het breken van al de ruiten, het doorslaan van pannen, leien, dakvensters en jalouzieën dat de hagel daarvan de schuld droeg.

In het volledige artikel in de Nieuwe koerier lezen we dat het noodweer in korte tijd een enorme schade heeft aangericht. Veel bomen werden ontworteld of braken af. Complete fruitboomgaarden werden vernield. De oogst op het land ging compleet verloren door de inslag van de hagel. Veel boeren zijn totaal geruïneerd. Voor de dagloners is geen werk meer.  

De Nieuwe Koerier meldde verder dat duizenden ruiten en tienduizenden dakpannen aan diggelen zijn gegaan.

Alleen al in Roermond werden zo’n 13.500 kapotte ruiten geteld en zeker zoveel pannen. Door de kapotte daken is er veel waterschade in de huizen.

Er waren zelfs families die geen droge slaapplaats meer hadden.

Op maandag 29 juni 1891 was het opnieuw raak. De Nieuwe Koerier doet verslag van het onweer in Beegden.

Donderde het 25 juni j.l. zoo vreeselijk als wij nog nooit gehoord hebben, maandag 29 juni (St. Petrus en Paulus) regende het hier omstreeks 10 uur ’s avonds tijdens een onweder erger dan wij ooit zagen. Het water werd met volle emmers van menigen zolder geworpen. Menig echtpaar had geen droge slaapplaats; ’s morgens waren de straten zuiverder dan ooit.

Gisterenmorgen, ongeveer half acht, werden onder deze gemeente twee boomen door den bliksem getroffen.

Na den middag zijn weer enkele geraakt, andere zijn door den wind ontworteld of letterlijk door midden gebroken, o.a. bij het landgoed ‘Oosden’ waar ook geladen hooiwagens zijn omver geworpen, doch niet naar den zelfden kant. Ook de boomen zijn in verschillende richtingen gevallen.

Dat wij dicht bij ons dorp een pannenfabriek hebben, is voor ons thans een uitkomst want de hagelslag van straks (korrels, grooter dan een middelmatig ei) heeft hier aan daken en ramen een heele verwoesting aangericht.

In iedere gemeente in Midden Limburg heeft het noodweer destijds huisgehouden.

De Nieuwe Koerier doet uiteraard verslag van deze rampspoed. Enig gevoel voor humor is de verslaggever daarbij niet vreemd.

‘Men kan zich voorstellen welk een werk er bij de glazenmakers en leidekkers aan den winkel was. Timmerman, kleermaker, metselaar of schoenmaker ieder hanteert den hamer, ieder kneedt de stopverf, ieder snijdt het glas en ... de vingers.

Een heer te Roermond was op weg naar de badinrichting die in de Maas lag. Toen het weer begon wist hij niets beters te doen dan met het bovenlijf op struisvogelmanier in een hooiopper te kruipen zoodat dit ten minste vrij bleef. Hoe echter zijn zitdeel, dat geheel aan de bui blootgesteld was ‘preugel’  gehad heeft, zullen wij maar niet vertellen.

Op ‘Mijnheerkens’ (een café in Leeuwen bij Roermond) sloeg een hagelsteen door de ruit heen het bierglas van een der gasten kapot.

Tot zover het verslag van het noodweer in De Nieuwe Koerier.

Het mag duidelijk zijn dat vooral de pannenfabrieken en de glazenzetters garen sponnen bij dit noodweer in Midden Limburg.

De totale schade die de storm alleen al in Midden Limburg achter liet bedroeg ruim een half miljoen gulden, een enorm bedrag in die tijd.