Rens Raemakers (Neer 27 maart 1991) is sinds 23 maart 2017 lid van de Tweede Kamer en hij is daarmee op het moment van de installatie met 25 jaar het jongste Kamerlid van Nederland. 7345 voorkeurstemmen zijn er op zijn naam uitgebracht. Al heel jong weet hij dat hij ooit volksvertegenwoordiger wil zijn en dat is hem gelukt. Bij de komende verkiezingen voor de Tweede Kamer in maart hoopt de gedreven politicus, die zijn politieke carrière startte als raadslid voor D66 in de gemeente Leudal, opnieuw gekozen te worden.
Met stevige steun uit Midden-Limburg, uit Leudal en zeker uit zijn woonplaats Neer, kan dat zomaar opnieuw gebeuren.
Hallo Magazine spreekt de aimabele welbespraakte jonge politicus op een zonovergoten steenkoude zaterdagmorgen in zijn ‘eigen’ witbesneeuwde Neer. We blikken terug op de thema’s waarmee hij de afgelopen vier jaar als ‘het sociale gezicht’ van zijn partij in Den Haag druk was. Ook zijn ambities passeren vanzelfsprekend de revue.
Waarom een tweede periode als Kamerlid, toch bepaald geen gemakkelijke baan?
“Het Kamerlidmaatschap is een zeer uitdagende baan en ik vind het een enorm voorrecht om mensen in kwetsbare posities te mogen vertegenwoordigen.
Graag zet ik mij in voor jongeren in de jeugdzorg en patiënten in de zorg. Maar ook voor mensen met schulden en kwetsbare mensen die niet helemaal in de door de overheid bedachte regelgeving passen. Ik probeer dan ook na contacten met patiëntenverenigingen problemen waarmee zij te kampen hebben onder de aandacht van de minister te brengen.
Dat doe ik natuurlijk niet op individueel niveau maar voor grotere groepen met een zelfde problematiek. Denk hierbij aan kankerpatiënten, of mensen met diabetes of met chronische pijn. Ik voel me hiertoe aangetrokken, omdat ik zelf heel goed weet hoe het is om ziek te zijn. Mijn eigen verleden speelt hierbij dus zeker een rol. Ik heb na de diagnose kanker zo’n tien jaar geleden, in twee jaar tijd meer dan honderd dagen in ziekenhuizen doorgebracht. Geloof me, dan weet je echt wel waarover je het hebt.
Sterk rechtvaardigheidsgevoel
Een tweede drijfveer van mij is gebaseerd op mijn rechtvaardigheidsgevoel. Dat is heel sterk en daarom zet ik mij in voor rechtvaardige, eerlijke systemen. Ik ben dan ook heel actief geweest met het schuldendossier. Mensen die zwaar in de schulden zitten, kúnnen gewoonweg niet betalen. Het heeft weinig zin om daarom boete op boete te stapelen vanwege het niet voldoen aan je verplichtingen. Samenwerkend met andere partijen is het D66 gelukt om wijzigingen in de regelgeving aan te brengen; de oorspronkelijk schuld blijft bestaan, maar de oplopende boetes verdwijnen. Boetes opleggen aan iemand die toch niet kan betalen, is toch niet rechtvaardig? Ja, het Kamerlidmaatschap is wat je zegt een loodzware baan; dat heb ik ervaren. Van de afgelopen jaren heb ik dan ook geleerd dat ik niet meer van 9 uur ’s morgens tot 11 uur ’s avonds moet werken. Dat houdt geen mens vol en dus Rens Raemakers ook niet.”
Bij de vorige verkiezingen bleek je een regionaal stemmenkanon te zijn. Je staat nu op de 19e plaats op de kandidatenlijst van je partij en in de peilingen staat D66 op pakweg 15 zetels. Wordt het moeilijk?
Rens Raemakers:
“Om de voorkeursdrempel te behalen zal ik minimaal het dubbele aantal van de vorige verkiezingen moeten halen: rond de 18.000 stemmen. Of dat lukt, durf ik niet te zeggen. Het is een moeilijke opgave maar ik ga er voor!
Ik heb nu wel wat meer landelijke bekendheid dan vier jaar geleden. Ik was bijvoorbeeld al eens bij Jinek en bij Nieuwsuur te gast over de vaccinatiewet. Ook heb ik mij landelijk geprofileerd op thema’s als jongeren en patiëntenzorg. Voor de uitbraak van de coronapandemie heb ik in onze provincie veel werkbezoeken aan jeugdzorginstellingen gebracht en ook ben ik bij een groot aantal gemeenten op bezoek geweest. Graag ga ik ook bij scholen op bezoek. Zo heb ik diverse malen in mijn Kamerperiode vestigingen van Sint Ursula in Horn en Heythuysen bezocht om met leerlingen over politiek te praten. Ik vind het belangrijk dat de jeugd al heel jong met politiek in aanraking komt. Politiek moet dicht bij de inwoners staan en daar moet je niet mee beginnen als mensen al achttien jaar zijn
Als je opnieuw in de Tweede Kamer gekozen wordt, wat zijn dan jouw voornaamste aandachtspunten voor de komende vier jaar?
Over het antwoord op deze vraag hoeft Rens niet na te denken en hij noemt thema’s als jeugdzorg, de positie van de regionale ziekenhuizen, specifieke patiëntenzorg, het onderwijs en de belangen van de provincie Limburg en licht deze vervolgens in ons gesprek toe.
“Binnen D66 ben ik echt een pleitbezorger voor véél meer geld richting de jeugdzorg,”zegt Rens Raemakers. “Met name de regio’s buiten de Randstad ervaren grote problemen bij de financiering van de zorg voor kwetsbare jongeren; ook bij de gemeente Leudal speelt deze problematiek. Er zal naar mijn mening structureel meer geld naar de jeugdzorg dienen te gaan en het geld moet op een andere manier verdeeld gaan worden.
De regionale ziekenhuizen hebben het tegenwoordig best wel moeilijk. Hun positie moet naar mijn mening veel sterker worden. Streekziekenhuizen vormen een belangrijk fundament van onze zorg, zeker voor kwetsbare ouderen die kampen met meerdere aandoeningen. Het is belangrijk dat iedereen wanneer nodig snel in een ziekenhuis acute zorg kan krijgen. Het heet niet voor niets spoedeisende hulp! Door in te zetten op meerjarige contracten en een intensievere samenwerking tussen de regionale ziekenhuizen, gespecialiseerde ziekenhuizen en universitaire medische centra, wil mijn partij de positie van de regionale ziekenhuizen verstevigen.
“Ik wil minder vanuit systemen denken en meer vanuit mensen”
Zoals ik in het begin van ons gesprek al zei, zet ik mij 100% in voor een betere zorg voor patiënten met kanker of diabetes en dat wil ik blijven doen. Daarbij wil ik minder vanuit systemen denken, maar meer vanuit mensen.
Ook het onderwijs ligt mij aan het hart. D66 is echt een onderwijspartij.
In ons verkiezingsprogramma zijn een aantal goede onderwijsvoornemens opgenomen waaronder gratis kinderopvang voor iedereen, bredere brugklassen en het herinvoeren van de basisbeurs, om er maar een paar te noemen.”
“Limburg moet goed vertegenwoordigd zijn“
“Limburg moet in Den Haag goed vertegenwoordigd zijn,” zegt Rens Raemakers. “Wordt er geld verdeeld voor cultuur, jeugdzorg of onderwijs? Dan is het belangrijk dat er niet alleen maar Kamerleden uit Amsterdam en Rotterdam zitten, maar ook uit Friesland, Zeeland en Limburg.
Graag wil ik daar bij zijn en daarvoor heb ik de stemmen uit mijn eigen regio Leudal zeker nodig,”
aldus een enthousiaste Rens Raemakers, die hoopt dat zijn provinciegenoten in maart in het stemhokje met het rode potlood in hand aan hem zullen denken.
