VerhalenLeon Moonen

De kelder van de Burgerwacht

Kirkelsberg, 6088 Roggel, Nederland

De kelder van de Burgerwacht

Wie rond de Kirkelsberg in Roggel gaat wandelen en buiten de gebaande paden durft te treden kan achter een van de toppen van de berg op twee betonnen mansgaten stuiten.Het is wel even zoeken want door de zandverstuivingen zijn de putten grotendeels aan het zicht onttrokken. Een argeloze wandelaar zou ze zelfs voorbij kunnen lopen. De betonnen constructie is een herinnering uit de periode tussen de beide Wereldoorlogen; een kelder ten dienste van de Roggelse Burgerwacht.

November 1918 was in Europa een zeer onstuimige maand: de Eerste Wereldoorlog liep ten einde en in een uitgeput Duitsland dreigde een revolutie, zoals een jaar eerder in Rusland was gebeurd. Muitende soldaten en matrozen en opstandige arbeiders trokken gewapend met rode vlaggen door de straten van Duitse steden. Het zag ernaar uit dat dit revolutionaire vuur geen halt zou houden  bij de grens in Zevenaar.

De Sociaal-Democratische SDAP-politicus Pieter Jelles Troelstra verkondigde op 12 november in de Tweede Kamer dat de revolutie ook in Nederland aanstaande was en eiste namens de arbeidersklasse de macht op.

Op de Nederlandse  bereidheid tot revolutie had hij zich echter schromelijk verkeken, zelfs zijn eigen partijkader vond het allemaal wel heel vlug gaan. Enkele dagen na zijn speech werd tijdens een Oranjedemonstratie in Den Haag de grote aanhankelijkheid aan het koningshuis duidelijk gedemonstreerd toen, weliswaar minder spontaan dan de Oranje-aanhangers later wilden doen geloven, de paarden uit de koninklijke koets werden gespannen en het rijtuigje met koningin Wilhelmina en het jonge prinsesje Juliana erin, door de betogers onder luid gejuich het Malieveld werd opgereden. Dat was een duidelijke middelvinger naar de voorman van de SDAP.

De revolutie in Nederland was mislukt, een politiek feit dat als 'De Vergissing van Troelstra' de geschiedenis is ingegaan. De regering was wel geschrokken van de revolutiedreiging en riep gemeenten op om Burgerwachten te formeren: plaatselijke verenigingen van gewapende burgers die ter beschikking stonden van de burgemeesters. Een belangrijke stimulator in Limburg was de 'hoofdaalmoezenier van arbeid' Henricus Poels.

Met de oproep 'Mannen van Limburg, wij vertrouwen in deze dagen op u en uw trouw' richtte hij zich tot zijn provinciegenoten om het revolutiegevaar te keren. In de maanden en jaren die volgden schoten de Burgerwachten overal in Nederland als paddenstoelen uit de grond. Niet minder dan 661 gemeenten in Nederland beschikten in mei 1919 over een Burgerwacht.

De Burgerwacht van Roggel werd op 9 februari 1919 opgericht. Om de schietkunst van de leden te bevorderen werd even buiten Roggel bij de Kirkelsberg een schietbaan aangelegd. De berg diende als kogelvanger. Er werd vanaf honderd meter met scherp geschoten op een stilstaand doel. De Burgerwacht beschikte natuurlijk niet over de tegenwoordige, geavanceerde techniek om op een dergelijke afstand te registreren waar het doel was geraakt. In de kelder zat daarom een persoon die met een lange stok aangaf waar de kogel was ingeslagen.

Restanten van die kelder kun je dus nog terugvinden. De kogels moeten hem om de oren zijn gevlogen. Geen taak voor bangeriken mogen we wel stellen. Maar het was niet voor niets, want de Burgerwacht van Roggel wist op de landelijke bondswedstrijden voortreffelijk te schieten en in 1931 wist zij voor de derde keer achter elkaar de zogenaamde Generaal de Block-beker te winnen. Daarmee kreeg ze deze wisselbokaal, vernoemd naar de inspecteur van de Burgerwachten, definitief in het bezit. Het kleinood heeft nog een verdienstelijke rol gespeeld in de gemeentelijke politiek, want tot aan de herindeling van 2007 heeft ze eerst in de gemeente Roggel en vanaf 1991 in de gemeente Roggel en Neer, dienst gedaan als beker waarin tijdens de raadsvergaderingen de raadsleden  bij schriftelijke stemmingen hun briefjes deponeerden. Aan de Roggelse Burgerwacht kwam in 1940 een einde, toen de Duitsers deze vrijwillige schietkorpsen in Nederland verboden.

 De bezetter stond niet te springen op een club weerbare mannen met geweren.

 

Leon Moonen, reisleider historisch reisgenootschap Cliotravel

Met dank aan de Heemkundevereniging Roggel