Verhalen

In deze maanden vieren wij 80 jaar vrijheid Met het OLS in gedachte, blaast Schutterij St. Nicolaas uit Heythuysen de kapeltocht nieuw leven in

Heythuysen - Kapel in het Zand Roermond

Zondagmorgen 8 oktober 1944 begint als een prachtige na-zomerdag in Heythuysen. De vroegmis van 07.00 uur in de H. Nicolaaskerk wordt druk bezocht. Veel jongemannen die ondergedoken zijn om de ‘Arbeitseinsatz’ te ontlopen, wagen het in dit vroege ochtenduur te voldoen aan de zondagsplicht. De H. Mis is nog niet uit of de ‘Grüne Polizei’ en Duitse soldaten omsingelen de H. Nicolaaskerk. Alle mannen tussen zestien en zestig jaar worden opgepakt. Na de H. Missen van 08.30 en 10.00 uur volgt weer hetzelfde tafereel. Ook de huizen en boerderijen in Heythuysen en in het buitengebied worden doorzocht. Ook hier worden mannen opgepakt.

 De Duitsers trachten de mannen wijs te maken dat ze slechts twee dagen weg zullen zijn om aan versterkingen bij de Maas te werken. Dat blijkt al snel een fabeltje te zijn. Hen wachten zeven à acht maanden dwangarbeid in Duitsland, vaak onder zeer slechte omstandigheden. Niet iedereen van de 101 gedeporteerden zal in het voorjaar van 1945 levend thuis komen. De blijdschap over de behouden terugkeer is weliswaar groot, maar maakt vaak al snel plaats voor frustraties en verbittering bij de gerepatrieerden. Er is weinig belangstelling voor hun verhalen. De thuisblijvers hebben zelf ook genoeg ellende meegemaakt. “Niet meer aan denken en snel aan het werk gaan”, luidt het dan ook het devies.

 

Veel waardering voor het initiatief

Tijdens een gezamenlijke feestavond op 10 juli 1945 spreken de gerepatrieerden af om uit dankbaarheid voor de behouden terugkeer voortaan elk jaar op de eerste zondag van mei te voet naar de Roermondse Kapel Onze Lieve Vrouwe in ’t Zand te gaan om daar een mis bij te wonen. Die belofte doen ze jarenlang gestand. Niet enkel gerepatrieerden lopen mee, ook hun kinderen, kleinkinderen en sympathisanten zijn van de partij. Naarmate de jaren verlopen, wordt het aantal deelnemers kleiner, maar nog altijd gaan op de eerste zondag in mei inwoners van Heythuysen, vaak nazaten van de voormalige dwangarbeiders, al of niet te voet naar de Kapel in ’t Zand. 

Albert van der Kop en Eed Cillekens, beiden oud-voorzitter van de schutterij en zonen van mannen die bij de kerkrazzia opgepakt zijn, hebben de tocht talloze keren gelopen en hebben er nog veel mooie herinneringen aan. De schutterij heeft de tocht jarenlang georganiseerd. Van der Kop en Cillekens waarderen het zeer dat de schutterij debedevaart nieuw leven in blaast in het jaar dat Heythuysen het OLS gaat organiseren. 4 mei wordt er vanuit Heythuysen opnieuw gewandeld naar de Roermondse kapel als dank voor de behouden terugkeer van de dwangarbeiders, maar óók om voorspraak te vragen voor mooi weer tijdens de OLS-dagen. 

 

De laatste wens van Harrie

“Mijn broer Harrie was een echte Maria vereerder”, vertelt Albert van der Kop (1945). “Harrie heeft de tocht heel vaak gelopen. Kort voor zijn overlijden is hij nog met de wensambulance naar de Kapel in het Zand geweest. Hij gaf in die periode aan, het heel fijn te vinden wanneer de schutterij uit dankbaarheid naar de Kapel  zou gaan, wanneer ze het OLS  zouden winnen. En nu Heythuysen het OLS heeft gewonnen, gaat die wens in vervulling. Dat vind ik heel erg fijn. Zelf heb ik de tocht vanaf mijn negende gelopen. We vertrokken altijd bij de Wingerdbrug rond kwart over vier in de morgen. De mis begon toen om zeven uur. Tot aan de Bedelaar werd er gewoon wat gepraat, daarna werd de rozenkrans voorgebeden door mijn vader Handri van der Kop en door Sjra Cillekens. Zij hebben dat jarenlang gedaan. Na de mis aten wij een broodje bij een café bij de Kapel. Sommigen hadden hun eigen brood meegenomen. Dat kon toen nog gewoon.” 

“Voetballen was voor mij soms toch belangrijker”

Dat er vanuit Heythuysen al ver voor de Tweede Wereldoorlog naar de Kapel werd gelopen, valt te lezen op een herdenkingsprentje uit 1909 met een welkomstgroet aan de pelgrims uit ‘Heythuizen’.  Zij gaan al vanaf 1884 trouw op bedevaart naar Roermond. 

Eed Cillekens (1954) heeft de tocht ook vaak gelopen maar bekent eerlijk dat het voetballen op zondag toch wel eens voorrang kreeg bij hem. Ter compensatie liep hij dan wel op een andere zondag in mei. Dan werd er niet gebeden maar zorgde een draagbare radio voor wat vertier, lacht Cillekens. Van vader Sjra kreeg hij in zijn jonge jaren steevast kort voor de wandeltocht de opdracht om bij de gerepatrieerden een gulden op te halen om de bestelde mis te betalen. Na afloop van de dienst werd de misintentie voor het komende jaar direct weer vastgelegd.

Krasjes op de kerfstok

Kort na de oorlog ging vader Quicken, toen 35 jaar oud, voor het eerst met zijn oudste zoon, die toen acht jaar was, mee op bedevaart naar De Kapel. “Op een houten wandelstok werden bij terugkomst hun namen geschreven”, weet jongste zoon Rob Quicken. “Achter hun naam werd een kerfje gesneden. Een positieve kerfstok dus en de start van een bijzondere jaarlijkse gebeurtenis. In de jaren die volgden kregen alle kinderen - vijf dochters, acht zonen en Mam - een plek op de ‘sjtek’ met daarachter bij iedereen het aantal keren dat er aan de bedevaart was deelgenomen. Het kerfje verkreeg je pas als je in de meimaand minstens één keer was gegaan; vaker lopen in een jaar leverde trouwens geen extra kerf op.”

Bidden voor mooi weer!

Wanneer Robs broer John Quicken op 4 mei 2025 weer meeloopt, mag hij na afloop zijn zestigste inkeping op de stok aanbrengen. Om 7.45 uur wordt er gestart, traditioneel bij de Wingerdbrug. Een aantal leden van de Stichting veteranen Leudal en leden van de schutterij hebben al aangegeven van de partij te zullen zijn. Tijdens het OLS gaan we zien of de bedevaart naar Roermond – in de vorm van stralend weer -vruchten heeft afgeworpen. 

Meer informatie: www.nicolaasheythuysen.nl