VerhalenPieter Knippenberg

Trilogie voltooid! Haelenaar Lambert Parren drie maal op rij Nederlands kampioen rally rijden

Haelen gemeente / Leudal

Rally rijden; het is een tak van autosport die in Nederland heel wat minder aandacht genereert dan de formule 1 wedstrijden waarin Max Verstappen furore maakt. Het is in ons land dan ook een vrij kleine sport, maar autocoureur Lambert Parren (50) eigenaar van een houtbedrijf in Haelen is er groot in. In 2018 en 2019 werd hij met navigator John Coumans Nederlands kampioen. In 2020 werden er vanwege de corona perikelen geen wedstrijden gereden. Dit jaar echter wel. Lambert Parren werd nu met navigator Frank Stultiëns uit Nederweert, opnieuw gekroond tot nationaal kampioen rally rijden. “Ik doe het echt niet alleen”, stelt Parren. “Het is echt een teamprestatie.”

Lambert Parren spreekt dan ook niet in de ‘ik-vorm’ maar in de ‘wij-vorm’ als hij in het fraai betimmerd kantoor van zijn houtbedrijf aan de Napoleonsweg in Haelen uitgebreid verslag doet van de wedstrijden van het afgelopen jaar. Daarbij toont hij ook spectaculaire opnames van rally races. Het team Parren bestaat dan ook uit een heel aantal personen. “Er gaan naast mijzelf en de navigator ook nog eens vier monteurs mee naar iedere wedstrijd,” zegt Parren. “Het kampioenschap is dan ook een gezamenlijke prestatie.” 

Servicetruck

Het team van Lambert Parren verplaatst zich dit jaar voor het eerst in een compleet aangepaste vrachtauto naar de vaak tweedaagse wedstrijden.

In de grote truck is een complete werkplaats ingericht. Een uitgebreide voorraad reserveonderdelen is aanwezig.

Ook zijn er meerdere slaapplaatsen, een zithoek, een keukentje en zelfs een douche. Lambert Parren: “Gelukkig hebben we dit jaar toch nog kunnen racen.

Daar zag het er in het begin van het jaar nog niet naar uit. We zijn vanaf de zomer gestart en hebben iedere drie weken een wedstrijd verreden. Normaal rijd je zeven à acht wedstrijden in een seizoen. Dit jaar zijn het er slechts zes. De laatste wedstrijd, de Drenthe Rally, wordt eind november verreden maar het nationaal kampioenschap kan ons al niet meer ontgaan.

Van de eerste vijf wedstrijden hebben wij er vier gewonnen en éénmaal  werden we tweede. We laten die wedstrijd in Drenthe echt niet schieten hoor. Ook in die laatste wedstrijd van het seizoen willen we goed presteren.”

Veiligheid voor alles

Lambert Parren en zijn navigator Frank Stultiëns rijden in een Mitsubishi Lancer Evo X. Het is volgens Parren in principe een normale auto die helemaal aangepast is voor het rally rijden. De motor is geprepareerd en het remsysteem geoptimaliseerd.

De auto’s zijn gelimiteerd tot maximaal 300 pk.

Om de auto lichter te maken, zijn niet- essentiële zaken verwijderd. Zo zit er bijvoorbeeld geen achterbank in de auto. Wel beschikt de wagen over een zogenaamde rolkooi; een extra stevige constructie van buizen die de inzittenden bescherming biedt bij een ongeval. “Veiligheid en zeker brandveiligheid is echt een ding”, zegt Parren. “In een rally auto is verplicht een brandblusinstallatie ingebouwd die van binnen en óók van buitenaf geactiveerd kan worden.

Ook is er altijd een losse brandblusser met blusschuim aan boord. Gelukkig hebben we die nog nooit hoeven te gebruiken. Brandgevaar ligt altijd op de loer. Je remmen worden roodgloeiend heet. Wanneer je er dan van de weg schiet en op verdord en dus droog stuk gras staat, kan dat snel ontvlammen. Vóór de start van een wedstrijd worden de auto’s grondig gekeurd. Ook de kleding, de handschoenen, de helm en het schoeisel van de rijder en de navigator worden standaard voor de wedstrijd geïnspecteerd. Er wordt tijdens de proeven hard gereden en er loert altijd gevaar. Snelheden van boven de 200 km per uur zijn geen uitzondering. Het risico op letsels moet dus zo minimaal mogelijk gemaakt worden.

Rally rijden is overigens best zwaar zowel fysiek als mentaal. Je zit urenlang lang in je auto en je moet geconcentreerd blijven tot de laatste seconde.”

“Omwille van de veiligheid weinig publiek”

Rally's bestaan uit meerdere proeven die verspreid liggen rondom de startplaats. De teams rijden vanaf de start naar de eerste proef en tussen de proeven door over openbare wegen, waar de normale verkeersregels gelden. Op de proeven wordt de eigenlijke wedstrijd verreden. De winnaar is het team met de snelste gecombineerde tijd op de proeven. De proeven worden meestal verreden in het buitengebied en vaak op smalle wegen die deels onverhard kunnen zijn. Publiek wordt volgens Lambert Parren alleen toegestaan op zogenaamde publiekspunten vanwege het gevaar. “Auto’s raken nog wel eens van de weg”. Het is dan van belang dat daar geen publiek staat.

Als een auto tussen de proeven door onderhoud of reparaties nodig heeft, mag de wagen alleen gerepareerd worden door het team zelf met in de auto aanwezige onderdelen. Na iedere sectie (3 á 4 proeven)  is een 'service' ingepland waarbij ook de monteurs van het team de auto mogen repareren. Deze reparaties gebeuren in het servicepark.

“Ik moet mijn navigator blind kunnen vertrouwen”

Lambert Parren: “Het parcours van de proeven mag je tweemaal verkennen. Ik maak tijdens de verkenning aantekeningen samen met de navigator. Dit zijn de 'pace-notes'.  De navigator dicteert die tijdens de wedstrijd. Hij moet mij op het juiste moment informeren zodat ik weet wat ik op de route kan verwachten. We hanteren daarvoor een bepaalde code. Zegt de navigator bijvoorbeeld ‘rechts 6’ dan weet ik dat er een flauwe bocht naar rechts komt waar ik plankgas kan blijven rijden. We moeten blind op elkaar kunnen vertrouwen. Kloppen de ‘notes’ niet dan hebben we een probleem,” vervolgt Parren, die ook aangeeft dat zowel de rijder als de navigator over een vereiste licentie moeten beschikken om aan wedstrijden te mogen deelnemen.

Need for speed

Lambert Parren heeft de ‘need for speed’ niet van vreemden. Zijn vader was vroeger in de woorden van Lambert ‘auto- en motorsportgek’ en reed op een trialmotor. Hij  inspireerde zijn zoon ook om ook motor te rijden en dat resulteerde voor Lambert ooit in een Nederlands kampioenschap rally rijden op een Enduro motor. “Mijn stuurmanskunst komt echter door het karten,” zegt Parren. “Dat heb ik in mijn jeugd ook veel gedaan. Ik ben niet de meest spectaculaire rally rijder. Ik doe dit nu vanaf 2016 en ik rijd nooit voor de volle 100 %; altijd met enige reserve. Wel snel hoor, maar met een rustige, nette rijstijl. Ik heb eenenveertig starts gemaakt en ben slecht één keer uitgevallen. Die gecontroleerde manier van rijden heeft zich uitbetaald. Drie maal achter elkaar Nederlands kampioen. Mooi toch!”