Bijles

Nu ik  – na de Nederlandse wapenspreuk vorige maand – de nationale hymne met u wil bespreken, zou u wellicht kunnen denken het met een verstokte royalist van doen te hebben. De realiteit is echter dat ik heel weinig op heb met bloed-en-bodemdenken. Vooral gezien het feit dat we het op een specifieke plek geboren worden puur als toevalligheid, en dus niet als een prestatie dienen te beschouwen.

Toch vinden de vier formerende partijen in Den Haag dat scholen les moeten gaan geven over het Wilhelmus, daarmee trouwens ten onrechte suggererend dat dit nu niet gebeurt. Maar laten we er dan maar vanuit gaan dat de politici van mening zijn dat het te weinig is. Er werd verder bovendien nog gehamerd op lessen in de grondwet. Ook daarover werd ik in 1989 al ruimschoots voldoende onderwezen. Maar let nu op: een D66 voorstel over lessen aangaande de voormalige koloniën van Nederland, in samenhang met het slavernijverleden, haalde het niet. Dat dan weer niet...

Waarmee we een voorschot hebben gekregen van wat ons te wachten staat van reli-rechts. Men zou zich bijvoorbeeld ook druk kunnen maken over hoe hard werkende mensen in loondienst er nauwelijks op vooruit gaan in het toffe land van Rutte, die maar blijft lachen over hoe goed het gaat zonder aan te geven met wie dan precies. In ieder geval niet met die generatie die niet eens een vaste baan kan krijgen en door de risico's van al dat flexwerken nergens een hypotheek krijgt losgepeuterd. No matter, als de jeugd straks maar alle vijftien coupletten van een zestiende eeuwse treurmars kan opdreunen.

Want laten we nou eerlijk zijn, je kunt je er toch eigenlijk nergens mee vertonen, met dat Wilhelmus? Als je dan toch per sé iets wilt met dat volkslied, dan hoeft het wat mij betreft niet zo bloeddorstig te zijn als de Marseillaise. Maar iets meer van die Franse muzikale pit en passie zou geen overbodige luxe zijn. Een complete opera, zoals bij de Italianen waar alleen het intro al een kwartier duurt, is nu ook weer niet nodig. Maar in de huidige situatie krijgen de cameramensen bij een voetbalwedstrijd nooit alle elf spelers van Oranje close-up in beeld, omdat ons nationale gegalm al halverwege de rij van spelers klaar is.

De tekst is natuurlijk al helemaal een ramp. Je moet daar dan ook niet te moeilijk over doen en op z'n minst dáárvoor een alternatief verzinnen. Onze oosterburen hebben hun lyriek na 1945 ook omgegooid, al zijn de Nederlanders die nog steeds denken dat ze daar 'Deutschland über alles' zingen niet te tellen.

De Russen idem dito. Nog steeds die gedragen melodie uit het Sovjet-tijdperk, waarbij je lange rijen militairen in paradepas en eindeloze colonnes van de nieuwste versie SS-20-raketten aan je geestesoog voorbij ziet trekken. Maar dat is waarschijnlijk ook precies de bedoeling van vriend Vladimir, die dus alleen de tekst een beetje liet repareren. 

Wie zegt trouwens dat je überhaupt hele volzinnen nodig hebt? De Spanjaarden doen het al jaren woordenloos. Volgens Franco moest je toch al niet al te veel praatjes hebben, dus voerde hij La Marcha destijds gewoon weer in, nadat het even uit zwang was geraakt. In het stadion wordt dat tegenwoordig moeiteloos opgevangen door luid meebrullen van 'Lalala-lalalalalalalalala-lalala-lalalalalala'.

Wat mij weer terugbrengt bij die ploert van een 'koning van Hispaniën' die onze Willem van Oranje eerst nog zo nadrukkelijk heeft lopen eren. Sybrand van Haersma Buma stelde tijdens de verkiezingstijd al dat de waarde van het koningshuis het hoogste is wat we in Nederland hebben en dat kinderen daarom, staande in de klas, dienen te getuigen hoe onverveerd de graaf van Nassau-Dillenburg wel was.

Wat diens troepen met name in deze regio allemaal uitgespookt hebben, is echter nauwelijks met een pen te beschrijven en steekt de moorddadige methodiek van Filips II toch echt naar de Spaanse kroon.

Ik pleit daarom voor een aantal bijlessen vaderlandse geschiedenis in Den Haag...
 

John Hölsgens

John Hölsgens wonende in Roermond is geboren en getogen in Heythuysen. Hij publiceerde twee dichtbundels en een boek met verzamelde columns onder de titel ‘Op de Korrel’. Hij is vaste huiscolumnist van ‘Niet Direct’, het literaire podium van de Stichting Kunst en Cultuur Leudal en levert bijdragen aan radio-programma’s van 3ML.