Jaren geleden hoorde ik het verhaal over twee bekende Ospelnaren in Canada. Ze waren op trek door de woeste wouden en op een gegeven moment zei de een tegen de ander: ‘Kijk eens, een beer!’ Die beer was zeker zo’n honderd meter verderop en de kameraad vluchtte ook maar snel honderd meter de andere kant op. Toen ik dat verhaal vernam, zag ik het al voor me en lachte ik onbedaarlijk mee met de verteller.
Want het is toch Canada hé, lekker ver weg over de grote plas. Ik heb er trouwens zelf ook nog eens door de bossen gestruind en vond dat toen heel stoer, aangezien ik er met mijn beperkingen in horen en zien toch een heel eind helemaal moederziel hebben moeten bekruisen. Canada is een heel eind en ik zal er zeker nog wel eens over vertellen, maar ik ben ergens bang dat die grote beren ooit onze kant op zouden kunnen komen. Ze hoeven maar een bevroren Beringzee over te steken en ze zijn er.
Dat klinkt nog als toekomstmuziek, maar sinds een paar jaar weet de wolf ons land alweer te vinden, na meer dan 100 jaar te zijn weggeweest. En dat is ook te merken. Schapen en runderen worden aangevallen. Het zou zoveel makkelijker zijn als wolven zich tegoed deden aan vossen, ratten en wilde varkens.
Maar het instinct van die dieren zit gewoon in hun kompas, daar is geen kruid tegenop gewassen.
En helaas volgen zij dat instinct, net als die andere roofdieren die het leven van de moderne boer momenteel een stuk stressvoller maken.
Ik was me hier niet van bewust totdat een goede vriend me dit liet doordringen. Ik dacht: ik maak er een artikel over. Ook al ben ik dierenliefhebber en doe ik praktisch geen vlieg kwaad (wat ik van een van mijn ooms heb), toch wil ik graag een lans breken voor de boeren. Ze doen immers fantastisch werk en zorgen ervoor dat wij verse producten in de schappen hebben. Melk, vlees, wol, diverse groenten … dankzij de boeren kunnen wij leven!
Ik begrijp ook wel dat mensen zitten te denken zo van: ‘waar maakt die zich druk om?’ of ‘waar bemoeit die zich mee?’ Maar stel je eens voor dat je als stadspik een kleine pergola hebt gemaakt en dat die pergola dan mooi wordt versierd met bloemen … die dan binnen de kortste keren wordt leeggeroofd door een groep vogels. Je blijft dan maar lekker opnieuw en opnieuw die bloemen aanbrengen, totdat je er zat van wordt. En als ondertussen een rat via de riolering in de wc-pot terechtkomt en jou of je kinderen nog in de bil weet te bijten, brrr … dan begint het meer te dagen.
Maar ratten zijn nog geen wolven, natuurlijk niet. Want die dieren zijn nog veel intelligenter. Ik heb een IQ van 123, daar zou een wolf zeker overheen kunnen gaan. Maar stelt u zich eens de boeren voor of dat u een van de vredig grazende schapen bent, die toevallig in verwachting is … dan begrijpt u ook meer hoe de vork in de steel zit. Natuurlijk is het wel zo dat er altijd roofdieren zijn die ervoor moeten blijven zorgen dat het evenwicht in de natuur stabiel blijft, maar het is niet de bedoeling dat de boeren hier de dupe van worden.
Wat is dan de beste manier om hiermee om te gaan? Toon empathie voor deze geweldige mensen en blijf in gesprek met elkaar over eventuele oplossingen, ook met het oog op de voedselvoorziening waar zij voor zorgen. Anders worden straks nog mensen als mogelijke prooi gezien en dat mag niet gebeuren. En ook de natuurliefhebbers moet je natuurlijk een hand boven het hoofd houden. Maar of dat over twintig jaar - als de eerste beren zich ook in Nederland hebben gevestigd - nog geldt, is maar de vraag.
Werner Bloemers, januari 2022.