ColumnsQuirien van Haelen

Column: Ondeugd door Quirien van Haelen

Midden Limburg

Jantje zag eens pruimen hangen, o! als eieren zo groot. 't Scheen, dat Jantje wou gaan plukken, schoon zijn vader 't hem verbood. schreef mijn oma vroeger ooit in zwierige krulletters voor me op toen ik haar voor een schoolopdracht vroeg naar versjes van vroeger. Het is de eerste strofe van het bekende gedicht De pruimeboom van Hieronymus van Alphen, een lesje in deugdzaamheid. Jantje overweegt pruimendiefstal, ziet er toch vanaf en wordt met een hand vol pruimen beloond door zijn vader. Het moreel goed handelen van Jantje levert hem een handje pruimen op. De brave Jantje lijkt een echte bofkont en is bovendien een aardig rolmodel. Mijn oma stak het echter anders in en gebruikte het versje om me te vertellen over de spanning die fruit pikken met zich meebrengt.

 

Wat Jantje zich volgens mijn oma onvoldoende realiseerde, is dat gepikte pruimen veel lekkerder smaken dan gekregen pruimen. En daar had mijn oma natuurlijk gelijk in. Iedereen die vroeger weleens fruit gestolen heeft, zal kunnen beamen dat een illegaal geplukt appeltje van de boom lekkerder is dan een appel die je krijgt. Zeker als je ook nog eens met je korte broek in de prikkeldraad bent blijven hangen smaakt een gejatte appel beter. Bovendien had Jantje een spannend avontuur kunnen beleven met zijn vrienden. Ze hadden de waakhond om de tuin kunnen leiden, rond kunnen springen onder de verkoelende sproei-installatie en Pietje had de broek van de boer naar beneden kunnen trekken zodat die de kwajongens niet achterna had kunnen komen. Dat had een veel leukere zaterdagmiddag opgeleverd dan de braafheid van goedzak Jantje in het gedichtje. Bij een reünie van 25 jaar basisschool zou het verhaal van de pruimendiefstal het ongetwijfeld goed doen en zou Jantje, inmiddels informatiemanager bij een multinational, de lachers op z’n hand hebben. Mijn oma snapte dat wel geloof ik.

 

Ondeugd is veel leuker, tenminste zolang niemand er echt onder lijdt en dat begrijpen opa’s en oma’s vaak heel goed. Denk aan oma’s die hun kleinkinderen volstoppen met snoep en zoetigheid en dan tegen koffiedrinkende vriendinnen zeggen dat pap en mam ze toch straks komen ophalen als ze helemaal hyper zijn. Denk aan opa’s en oma’s die fruitdiefstal romantiseren, kleinkinderen laten fietsen zonder helm, ze in de modder laten spelen enzovoort. Bij opa’s en oma’s mag opeens alles. Van laat naar bed gaan, tot teveel snoep eten, tot zeven schepjes suiker in de thee. Corry Konings zong het al in Van oma mag alles: Van oma mag alles wat moeder vaak verbiedt, want oma doet meestal alsof zij iets niet ziet.  

 

Maar als opa’s en oma’s het goed aanpakken werkt het twee kanten op. Een goede vriend van me heeft een oma die op drie flessen Sherry per dag zit, maar die op familiefeestjes alleen alcoholvrije wijn krijgt van haar dochter. Ze wordt goed in de gaten gehouden door dochterlief, want ze drinkt natuurlijk veel te veel.

Als ze ‘per ongeluk’ iets omstoot en haar dochter een doekje moet halen, schenkt de kleinzoon haar snel een flinke scheut rode wijn in.

Iedereen vindt het prachtig, vooral oma die zelf ook wel weet dat ze veel te veel drinkt. De kleinzoon mocht vroeger alles van zijn oma en nu helpt hij haar de regeltjes van moeder te omzeilen.

Ik ken ook een kleindochter die regelmatig haar opa en oma helpt als ze zichzelf weer eens in de problemen hebben gebracht. Ze willen graag thuis blijven wonen en auto rijden, maar eigenlijk krijgen ze het niet meer allemaal geregeld. Als oma dan ’s avonds uit haar stoel glijdt, wordt de kleindochter snel gebeld om haar weer omhoog te helpen. Of als de auto ergens weggezakt staat in een zachte berm, regelt zij een sleepdienst. De kinderen van opa en oma worden er heel bewust buiten gehouden, want anders beginnen die weer te zeuren over kleiner wonen, het bejaardenhuis of de auto aan de kant. De kleindochter snapt heel goed dat ze nog een paar jaar op zichzelf willen blijven wonen en dat ze opa en oma daar een handje mee moet helpen.

Het is toch wel een wonderlijk fenomeen dat senioren juist ‘ongehoorzaam’ zijn tegen hun eigen kinderen die voor hen willen zorgen. Ooit waren de rollen omgedraaid. Gelukkig heeft het geholpen dat ze hun kleinkinderen vroeger verwend hebben en geleerd hebben dat je best af en toe ondeugend mag zijn, want dan is het leven veel spannender. Al is het maar te hopen dat het met al die ondeugende senioren niet slecht afloopt. Dus niet zoals in de bekende parodie van John O’Mill bijvoorbeeld: ‘
Jantje zag eens pruimen hangen, o, als eieren zo groot. De tuinman zag zijn bolle wangen en sloeg de vuile gapper dood.’

Quirien van Haelen

Quirien van Haelen (1981) is dichter, docent en columnist. Hij publiceerde diverse dichtbundels, was columnist en presentator bij L1 en poëziecolumnist bij Radio 1. Vanaf het eerste nummer van HALLO Magazine schrijft hij columns voor dit platform, vaak met humoristische inslag. Zijn columns zijn populair van Nederweert tot Heibloem. Van Neer via Thorn naar Maasbracht. De Maas over en een bezoekje bij de Belgische buren waar zijn columns ook geliefd blijken te zijn.