VerhalenPieter Knippenberg

Midden-Limburg schiet Oekraïne te hulp

Midden-Limburg

Het is nog maar kort geleden dat het nieuws in het radio- en tv-journaal gedomineerd werd door de coronapandemie. In allerlei latenightshows schoven virologen aan en sommigen werden zelfs door de pandemie bekende Nederlanders. Na de ongekend brute inval van Rusland in Oekraïne, zijn de virologen snel vervangen door generaals buiten dienst. De coronacrisis is zonder onderbreking opgevolgd door een volgende. We zijn het opnieuw direct allemaal in ons dagelijks leven gaan merken. 

De gasprijs is geëxplodeerd en autorijden, dat in Nederland al niet goedkoop was, is door de hoge brandstofprijs een dure aangelegenheid geworden. Natuurlijk is dit alles heel vervelend. Het is echter niet vergelijkbaar met wat mensen momenteel in Oekraïne meemaken. Huizen worden daar door Russische raketten gebombardeerd, er vallen talloze doden en een groot deel van de infrastructuur van het land wordt vernield. Miljoenen mensen verlaten radeloos hun land omdat de Russische leider vindt dat Oekraïne te westers wordt.

Acties in Limburg in Kelpen-Oler, Roggel en Neer
De landelijke inzamelingsactie van Giro 555 voor de slachtoffers van de oorlog  leverde maar liefst 106 miljoen euro op. Met de opbrengst bieden de hulporganisaties achter Giro 555 noodhulp aan getroffen Oekraïners zoals onderdak, medische zorg en schoon drinkwater. Ook in diverse Limburgse plaatsen zijn acties gestart voor Oekraïne zoals in Kelpen-Oler waar Chauffeursclub ‘Neet Janke Mer Planke’ uit Horn in samenwerking met Internationaal Transportbedrijf R. van Heur uit Kelpen-Oler tekende voor dit initiatief. 

File in Kelpen-Oler
Op zaterdagmorgen 12 maart was het een drukte van jewelste op de Ellerweg in Kelpen-Oler. Normaal staat hier nooit een file maar op deze dag wel. Bumper aan bumper schoven volgeladen auto’s vanaf de Ellerbrug aan om bij transportbedrijf van Heur spulletjes te doneren voor gevluchte Oekraïners. Vóór de losplaats werd het verkeer kordaat en efficiënt geregeld door José Opbroek Teven die gekleed was in een blauwe polo met opdruk van haar chauffeursclub ‘Neet Janke Mer Planke’.

Op de parkeerplaats voor de bedrijfsgebouwen werden de hulpgoederen door talloze vrijwilligers aangenomen, gesorteerd en in grote vrachtwagens geladen. Op zondagmorgen 13 maart vertrokken de trucks uit Kelpen-Oler luid toeterend en onder grote belangstelling naar een vluchtelingenkamp aan de Pools-Oekraïense grens. Transportbedrijf Ron van Heur uit Kelpen-Oler had aanvankelijk één en later, toen de spullen van grote bedrijven binnen bleven stromen, zelfs drie wagens geheel belangeloos ter beschikking gesteld voor deze rit.

Van Heur nam ook alle kosten voor diesel en de tolgelden voor zijn rekening.  Leon Klaessen, Nigel Hendriks en Wim van de Moosdijk, allen chauffeur bij Ron van Heur verzorgden de rit geheel belangeloos. Een noodzakelijke vierde wagen met twee chauffeurs van Weert Group werd geheel gesponsord door Weert Group. Agnieszka Klaessen de echtgenote van chauffeur Leon, die van Poolse afkomst is, legde alle contacten in Polen en was daarmee een grote steunpilaar voor de organisatie die op heel korte termijn opgezet werd. Neet Janke Mer Planke stond mede aan de basis van het initatief en Hallo Magazine sprak met ‘front woman ‘José Opbroek-Teven.  

Front woman José
José Opbroek-Teven:  “Ron van Heur benaderde mij om samen eens te bekijken wat Neet Janke Mèr Planke en zijn bedrijf voor Oekraïne konden betekenen. Op vrijdagavond vier maart kwamen Ron en ik en de chauffeurs Wim v.d. Moosdijk, Leon Klaessen, Nigel Hendriks en mijn man Har Opbroek bij elkaar in de kantine van het transportbedrijf. Daarna kwamen we in een achtbaan terecht! Er was geen houden meer aan.

Niets kon ons meer afremmen. We gingen er allemaal voor. We maakten onze inzamelingsactie bekend via de Facebook pagina van de chauffeursclub. Ron, Wim en Leon regelden de sponsoren en de flyers en ik verzorgde de planning van het ophalen van spullen bij mensen aan huis. 

Dat alleen al was een grote klus. “Niet normaal,” zegt een nog steeds zeer enthousiaste José. “Van maandagavond 7 maart tot zaterdagmorgen 12 maart hebben we spullen bij mensen opgehaald. Har en ik hebben ook mee gereden.

De mensen waarmee we dit georganiseerd hebben, vormen een hechte en fijne groep. We konden goed met elkaar communiceren.

Dat moet ook want anders kan zo’n grote actie echt niet slagen. Ik ben een echte doorbijter, ik bijt mij ergens in vast en laat niet los voor het tot een goed einde is gebracht. 

“Ik zou het gelijk weer doen”
De actie is buiten verwachting goed verlopen. Met deze groep om mij heen zou ik het direct weer doen. Mijn man Har Opbroek, oftewel ‘Haarie van Europa’ is al 73 jaar en pensionado. Ook hij is als chauffeur mee.

 

Har is een echte oude rot op chauffeursgebied en af en toe valt hij nog wel eens ergens in. Dit flikt hij hem nu toch ook maar weer! Wat onze chauffeurs gezien en meegemaakt hebben, zal de rest van hun leven op hun netvlies gebrand staan. 

Ze zullen het een plaatsje moeten geven en dat kan misschien ooit moeilijk zijn. Veel dank wil ik uitspreken naar mijn team. Ik ben super trots op hen en op alle andere vrijwilligers. Met Ron, Leon, Agnieszka, Wim, Nigel, Har en Hayate Weusten die ons administratief ondersteunde, gaan we een volgend keer weer aan slag.  Ik heb al plannen voor de maand december, maar daar zeg ik wijselijk nog niets over,” besluit José.       

Roggel-Neer
Ook in de Leudal dorpen Roggel en Neer zijn deze maand hulpgoederen voor Oekraïne ingezameld. De goederen zijn op maandagmorgen 14 maart in een grote vrachtwagen richting Oekraïne vervoerd. Transport ondernemer Jac Triepels uit Roggel heeft het vervoer geregeld.

Via de Duitse autobanen is de wagen naar de Pools-Oekraïense grens bij Krakovec gereden. Vandaar uit ging het transport verder naar de stad Lviv die vaak in het nieuws is omdat vanuit deze stad vaak verslag van de oorlog en de vluchtelingenproblematiek wordt gedaan. 

In Lviv werd kleding en dergelijke overgeladen in treinwagons met bestemming Kiev. Medische en health care producten werden met kleinere distributievoertuigen dieper het land in gebracht naar plaatsen waar deze het meest nodig waren en waar men nog veilig kon komen.