VerhalenLeon Moonen

HALLO Historie: Duiker Napoleonsweg in Neer

Haelen

Sinds de aanleg van de Romeinse heirbaan van Tongeren naar Nijmegen was er meer dan 17 eeuwen in Midden-Limburg niets belangwekkends meer aan wegenbouw uitgevoerd. Waarom ook? Deze regio was in de Middeleeuwen een staatkundige lappendeken en was indertijd gelegen aan de periferie van de belangrijkste machtscentra.

Welke heerser was nu zo onverstandig om in dit achtergebleven gewest te investeren, dat bovendien bij wijze van spreken morgen als wisselgeld bij vredesonderhandelingen weer ingeruild kon zijn?

 

De komst van de Franse revolutionairen in de Lage Landen in 1795 maakte een einde aan de oude, feodale maatschappijstructuren.

Het belang van dit jaartal wordt in de Limburgse geschiedenis zeer ernstig onderschat. Holland mocht nog voorlopig als Franse vazalstaat zijn eigen weg gaan eerst met de Bataafse Republiek en vervolgens met een Koninkrijk onder de broer van Napoleon voordat het definitief onder de vleugels van de Gallische haan kwam, maar het versnipperde Limburg werd onmiddellijk als Departement Nedermaas bij de Franse republiek ingelijfd.

De Franse autoriteiten troffen in deze nieuwe bestuurseenheid, officieel Departement de la Meuse Inferieur geheten en grofweg bestaande uit de huidige Belgische en Nederlandse provincie Limburg, vooral onverharde wegen aan, die bij de minste regenbui veranderden in modderpoelen.

De hoofdplaats Maastricht was door geen enkele verharde weg met het departement verbonden. Niet alleen voor snelle legerverplaatsingen, maar ook voor een dito verspreiding van bestuurlijke decreten en natuurlijk voor de bevordering van handel, waarover dan belasting kon worden geheven, hechtten de nieuwe machthebbers een zeer groot belang aan een degelijk wegennetwerk. Maar het vurige verlangen om de achterlijke Limburgse infrastructuur eens duchtig aan te pakken kwam de eerste jaren onder Frans bewind vanwege ernstig geldgebrek niet van de grond. 

 

Eerst na de machtsgreep van Napoleon in 1799 kwam er schot in de zaak. In 1802 kwam de ‘Dienst Bruggen en Wegen van het Departement Nedermaas’ met het voorstel om twee volledig nieuwe wegen aan te leggen: één in noord-zuidrichting en één in oost-westrichting. Begonnen werd met de oost-westrichting: St. Truiden- Tongeren- Maastricht- Aken, waarvan de bouw maar liefst 9 jaren in beslag nam. Al die tijd bleef de noord-zuidverbinding in de planfase steken; de Napoleonsweg in spé die Maastricht via Maaseik met Venlo zou verbinden. Uiteindelijk begonnen in 1812 de werkzaamheden aan deze weg, waarvoor toentertijd het astronomische bedrag van 1,1 miljoen francs op tafel werd gelegd. Inmiddels was deze verbinding de departementale behoefte van Maastricht al lang overstegen en was de weg een onderdeel geworden van een keizerlijk hoofdwegenstelsel, dat Parijs zou verbinden met Hamburg om de zojuist ingelijfde Duitse gebieden ook bereikbaar te maken. Tegenwoordig zouden we dat een E-weg noemen.

 

De Napoleonsbaan is op de tekentafel ontstaan: de weg is als een kaarsrechte lijn buiten de destijds bestaande dorpskernen geprojecteerd. In de loop van de tijd zijn de dorpen naar de Napoleonsweg “toegegroeid”, als kiemplantjes naar het licht. Nergens loopt de Napoleonsweg dan ook pal langs een dorpskerk, behalve bij de kern Ophoven. Even buiten dit Belgische dorp maakt de weg ook de enige knik in het tracé. Dit komt door het moerasgebied Vijverbroek bij Ittervoort, waar de weg met een bocht omheen loopt. Omdat de tijd drong werden twee bataljons Spaanse krijgsgevangen gedwongen om mee te werken aan de weg.

Op industrieterrein Windmolenbos in Haelen stuitten archeologen in 2005 vermoedelijk op de restanten van een werkkamp voor deze dwangarbeiders. De meeste Iberische dwangarbeiders gingen in lompen gekleed en waren niet tevreden over het eten. Niet vreemd dat sommigen de plaat poetsten. Daarom werd hen voortaan een loden bol aan de enkel gebonden, wat het kruien met de kruiwagen bemoeilijkte. De werkzaamheden gingen in de winter door, in die tijd hoogst ongebruikelijk.

Waarschijnlijk om een eigen potje te koken of om de kou te verdrijven stookten een aantal krijgsgevangenen op het kerkhof van Maaseik een vuurtje met…. mensenbeenderen. 

Door de grote nederlaag van Napoleon bij de Volkerenslag bij Leipzig in oktober 1813 vielen de werken aan de weg abrupt stil. Het gedeelte Maastricht-Maaseik was praktisch klaar, maar voor het vervolgtraject tot Venlo waren alleen de grondwerken uitgevoerd. 

 

De uiteindelijke realisatie van de weg vond onder de heerschappij van de Nederlandse koning Willem I plaats. In Neer hebben de Fransen over de Kwirbeek een duiker geplaatst en dit is een van de weinige oorspronkelijke civieltechnische bouwwerken van de Napoleonsweg. Bijna was deze waterverbinding in de Tweede Wereldoorlog verloren gegaan. De Duitsers hadden in de herfst van 1944  de duiker ondermijnd om de geallieerde opmars te vertragen,

maar de lading werd dankzij een stoutmoedige actie van de Neerse inwoner Jan Peulen (bijnaam: Jan vanne Kuper) tijdens de wisseling van de Duitse wacht onklaar gemaakt.

Leon Moonen, reisverleider naar geschiedenis www.cliotravel.nl  

Met dank aan de heemkundevereniging Oos Naer