VerhalenPieter Knippenberg

“Kelpen-Oler kan wel zonder mij, maar of ik zonder Kelpen-Oler kan?” Tim Schmitz verruilt Kelpen-Oler voor Stramproy

Kelpen Oler Gemeente Leudal

Tim Schmitz en Kelpen-Oler, het is bijna een twee eenheid; denk je aan Kelpen-Oler dan denk je aan Tim Schmitz en andersom is dat ook het geval. Toch zal Kelpen-Oler het tot verbazing van velen in de toekomst zonder Tim en Mariet Schmitz moeten stellen. Het echtpaar Schmitz, is druk bezig met het regelen van de verhuizing komende maand naar Stramproy. “Niemand is onmisbaar”, zegt Tim Schmitz. “Ook wij niet. Dat de basisschool uit Kelpen-Oler dreigt te verdwijnen is veel erger.” Tim Schmitz (75) werd in 1971 benoemd als hoofd van de ‘lagere school’ in Kelpen-Oler en was daarmee op dat moment de jongste schooldirecteur van Nederland.

In september 1973 verhuisde de familie Schmitz vanuit Maasbracht naar Kelpen-Oler en met name Tim is er naast zijn drukke onderwijsbaan altijd enorm actief geweest in het verenigingsleven van ‘zijn’ dorp. Het leverde hem naast een koninklijke onderscheiding ook een lokale onderscheiding op; de Koeëp: De Kelpen-Oler exclusieve erkentelijkheids prijs. Tim Schmitz spreekt tijdens het gesprek met Hallo Magazine bewust niet van Kelpen maar consequent van Kelpen-Oler. Hij was dan ook volgens oud-dorpsgenoot Joeri Minses en plaatsgenoot Thieu Bongers (zie kaders) de grote voorvechter van één plaatsnaam waarin de beide samengesmolten kernen vermeld zouden zijn.

“Vanzelfsprekend werd ik lid van de fanfare”

“Wellicht had het schoolbestuur van Kelpen-Oler er weet van dat ik een passie voor blaasmuziek had en blijkbaar kon de plaatselijke fanfare wel wat vers bloed gebruiken. Hoe dan ook, ik mocht in Kelpen-Oler als schoolhoofd aan de slag gaan en ik werd  ‘vanzelfsprekend’ lid van fanfare Liduina waarvan ik nog altijd administrateur ben. In 1973 kochten wij de oude politiewoning aan de Grathemerweg en die gingen we verbouwen. In die beginperiode heb ik veel mensen in Kelpen-Oler leren kennen. Als onderwijzer van ‘de zesde klas’ ging ik al direct bij de ouders van mijn leerlingen op huisbezoek en het oud-hoofd van de school Verkoulen vertelde mij veel over het dorp en de bewoners. Met een aantal leden van de fanfare groeide al snel een warme band omdat ze ons kwamen helpen bij het klussen. Daar zat ook een stukje eigenbelang bij”, zegt Tim lachend. “Door hun hulp had ik wat meer mogelijkheden om met de fanfare te repeteren voor een aanstaand concours. De mensen in Kelpen-Oler hebben trouwens de zelfde geaardheid als die uit onze geboorteplaats Melick. Wij voelden ons hier snel thuis.”

“De sluiting van de school doet mij veel pijn”

In de voortuin van huize Schmitz staat een makelaarsbordje met de aanvullende mededeling dat het huis verkocht is. Op het raam van de woonkamer prijkt net als bij vele andere huizen in Kelpen-Oler een poster met de kreet dat Kelpen-Oler zijn basisschool wil behouden.  “Vierendertig  jaar ben ik met hart en ziel aan die school verbonden geweest,” zegt Tim Schmitz.

“Ik heb twee generaties dorpsbewoners in mijn klas gehad en veel lief en leed met ouders en leerlingen gedeeld.

Het doet mij dan ook echt veel pijn dat de school mogelijk gesloten gaat worden. Aan de onderwijskwaliteit ligt het in ieder geval niet, die is volgens de onderwijsinspectie goed. De school en de verenigingen vormen het cement, zeg maar de verbinding in ons dorp. Door het sluiten van de school wordt Kelpen-Oler een minder aantrekkelijke plek om te wonen en dat betreur ik en vele anderen met mij zeer.”

Het Oud Limburgs Schuttersfeest in Kelpen-Oler

Tim Schmitz was de afgelopen decennia bij tal van activiteiten en organisaties in en buiten zijn woonplaats betrokken. Teveel om in dit bestek te noemen. Het OLS van 1992 in Kelpen-Oler noemt hij zelf een van die onvergetelijke evenementen waarbij hij betrokken was. Zijn collega’s op school wisten dat het mee-organiseren van het OLS een hele kluif voor hem was en zij gunden hem dat schooljaar dan ook geen combinatieklas. Met veel voldoening kijkt Tim ook terug op de Gemeenschapsspelen die jarenlang in Kelpen-Oler georganiseerd werden. Dat hij Fanfare Liduina in zijn hart gesloten heeft, wordt tijdens ons gesprek meer dan eens duidelijk. Ook al woont hij binnenkort wat verder weg, voor de fanfare blijft hij zich als administrateur en als organisator van de jaarlijkse boekenmarkt inzetten. “Iets organiseren kun je gerust aan Tim overlaten”, zegt Joeri Minses, oud-leerling van Tim Schmitz en tegenwoordig burgemeester van Alphen-Chaam. “Dat klopt wel,” reageert Tim op die uitspraak.

“Mijn moeder was al jong weduwe. Ik ben de oudste in een gezin met acht kinderen en ik was noodgedwongen al jong gewend dingen te regelen.”

 

Redt Kelpen-Oler het zonder Tim Schmitz en kan Tim Schmitz wel zonder Kelpen-Oler?

“Kelpen-Oler gaat het zeker redden zonder mij, iedereen is vervangbaar”, zegt Tim maar voor mijzelf ligt dat wat moeilijker. Ik zal mij voor Kelpen-Oler blijven inzetten ook al woon ik elders. Met de verhuizing heb ik in principe geen moeite. De tijd was er rijp voor. Kelpen-Oler is ook niet meer het dorp van vijftig jaar geleden. Ook hier staat de  tijd niet stil. Het wordt jammer genoeg steeds meer een forensendorp met mensen die minder binding hebben met het dorp en dat komt de gemeenschapszin niet ten goede. Dat alles en natuurlijk onze leeftijd hebben bij het besluit te verhuizen een rol gespeeld. Ik denk dat Mariet en ik ook in Stramproy heel goed zullen aarden.”