VerhalenLeon Moonen

Kerktoren in Heel

Haelen

De Kerktoren van de St. Stephanusparochie in Heel zou wel eens heel goed mogelijk het oudste bouwwerk in Midden-Limburg kunnen zijn.

We vatten bouwwerk dan op in de betekenis van een stenen constructie met menselijk vernuft gemaakt en we verbinden aan oudste twee belangrijke voorwaarden; namelijk dat het bouwsel nog boven het maaiveld staat en redelijk intact de tand des tijds heeft doorstaan. Let wel: we spreken hier alleen over de toren, niet over de gehele kerk.

Het huidige neogotische schip is een creatie van architect Caspar Franssen, leerling van de grote meester der neogotiek Pierre Cuypers en werd vlak voor de Eerste Wereldoorlog gebouwd als vervanging van een kleinere kerk om de groei van de gelovige kudde te herbergen. Tussen de toren en het huidige schip gaapt op zijn minst een tijdskloof van ruim 8 eeuwen. Wellicht mogen daar nog een paar eeuwen bijgeteld worden, want de kerktoren van Heel is oorspronkelijk niet als kerkdeel gebouwd. Daarover zo dadelijk meer.

De kerk van Heel mag zich dankzij haar toren wel eventjes tot de top vijftig van oudste kerken in Nederland rekenen. We houden dan even de eerste helft van de 11de eeuw aan, die we in nagenoeg alle publicaties over het ontstaan van de kerk tegenkomen.

Rond die tijd zal er een houten kerkje tegen de stenen toren hebben gestaan. Dit houten schip is waarschijnlijk in de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) teloor gegaan. Op de oudste afbeelding van de kerk uit 1740, een gewassen pentekening van Jan de Beyer, is al een stenen zaalkerk te ontwaren.

Overigens is op de top vijftig van oudste Nederlandse kerken de provincie Limburg rijkelijk bedeeld. Op nummer één staat dankzij haar crypte uit 560 n. Chr de Sint-Servaasbasiliek uit Maastricht. Tot nu toe zijn we er vanuit gegaan dat de toren en het houten kerkje van Heel tegelijk op het toneel van de geschiedenis zijn verschenen.

Maar het is heel goed mogelijk dat de toren al veel eerder is gebouwd en dat het kerkgebouw er later tegenaan is “geplakt”.

De toren, tenminste de onderste verdieping,  is in deze visie oorspronkelijk een verdedigings- of weertoren geweest (weer in de betekenis van beschermen; een woord dat in onze Nederlandse taal nog voortleeft in b.v. brandweer) en zal waarschijnlijk uit de 8ste of 9de eeuw stammen.

 

Een vreemde gedachte?  Deze praktijk kwam in West-Europa wel vaker voor, waarbij weertorens werden omgeturnd tot kerktorens door er simpelweg een kerkgebouw tegenaan te plaatsen. Een bijzonder geval van bouwkundig hergebruik vinden we in Trier, waar de Romeinse stadspoort Porta Nigra in een Middeleeuwse kerk werd opgenomen en waaraan we het hebben te danken dat deze Romeinse erfenis na zoveel eeuwen nog puntgaaf is te bewonderen. Maar ook de “Heelder omstandigheden” verzetten zich niet tegen de hergebruiktheorie. In de vroege Middeleeuwen stroomde de Maas pal langs de toren. We kunnen dat tegenwoordig nog zien aan de heuvel waarop de toren is gebouwd, oorspronkelijk een oeverwal van de Maas. Heel was toen een handelsplaats, een functie die later bij het opschuiven van de Maas in westelijke richting door Wessem is overgenomen.

De toren was dus waarschijnlijk ook een vuurbaak voor de scheepvaart op de rivier.

Bovendien is de toren, komende vanaf Panheel, in het verlengde van de Romeinse weg gelegen. Juist voor de toren maakt deze oude heerbaan een knik. De ingang van de toren was dus niet op de tegenwoordige plaats gesitueerd, want dan zou de toegang aan “de vijandelijke kant” hebben gelegen. De huidige toegang is, goed te zien met het blote oog, later in een bestaande torenmuur aangebracht. De fysionomie van de toren verraadt ook de oorspronkelijke verdedigende functie. Let maar eens op de nauwe toegang naar de eerste verdieping en de smalle, bochtige trappengang.

Een lans of groot zwaard paste amper door de deur en op de trap was slechts een een-op-een-gevecht mogelijk,

waarbij de omhoogkomende aanvaller natuurlijk erg in het nadeel was. 

Wat de kerktoren van Heel echt heel bijzonder maakt is het bouwmateriaal. Hebben we het zojuist gehad over het hergebruik van een compleet gebouw, dan spreken we nu over recycling van bouwstenen. In de kerktoren zijn namelijk overduidelijk Romeinse dakpannen en vloertegels verwerkt en zijn zichtbaar door hun bruinrode kleur.  Enkele hardstenen grondelementen zijn zonder twijfel afkomstig uit Romeinse bouwwerken die in Heel hebben gestaan.

Het materiaal lag ook volop voor handen, want Heel was in de Romeinse tijd een belangrijke plaats. Op de zogenaamde Peutingerkaart, een Middeleeuwse kopie van een Romeinse landkaart, staat Heel als Catualium genoemd. Saillant detail: een stad als Maastricht staat niet eens op de kaart vermeld.

 

Met dit Romeinse bouwmateriaal uit mogelijk de 3de en 4de eeuw steekt de toren van Heel de Servaasbasiliek als oudste kerk naar de kroon.

 

Ik ben benieuwd wat de Sjengen van Maastricht hiervan vinden?

 

Leon Moonen, reisverleider naar geschiedenis www.cliotravel.nl   
Met dank aan Hub Beurskens