In Nederland krijgen jaarlijks ongeveer 115.000 mensen kanker. Bij meer dan een half miljoen inwoners is ooit de diagnose gesteld. De meesten van hen zijn al genezen of zullen daarvan genezen.
Desondanks sterven jaarlijks nog altijd meer dan 45.000 landgenoten aan de gevolgen. Daarmee is het een ziekte die iedereen op de één of andere manier raakt. Met man en macht wordt gewerkt om de situatie te beteugelen. En dat kost geld. Veel geld.
Gelukkig zijn er ook veel mensen die zich inzetten om dat geld beschikbaar te maken, via verschillende initiatieven en projecten. We kunnen ze niet allemaal voor het voetlicht brengen.
Maar Roggelnaar Patrick Snijders (46) zou wel symbool kunnen staan voor al die Nederlanders die naar een manier zoeken om iets te kunnen doen.
Actief
Hij spreekt makkelijk en snel, maar toch met een interne rust en het volume die passen bij bescheidenheid. Patrick werkt al veertien jaar voor de gemeente Deurne. Hij doet er informatievoorziening. Tegenover het grasduinen tussen de archieven staat een actieve invulling van zijn vrije tijd. ‘Vanaf mijn achtste doe ik al aan atletiek. Sinds een jaar of acht is dat wel wat minder intensief. Vroeger was het ritme echt werken, eten, trainen, slapen. Ik liep op een behoorlijk niveau. In totaal zo’n tien marathons. Vanaf het moment dat ik mijn partner leerde kennen werd dat wel wat minder. Bovendien kreeg ik ook her en der steeds meer last van blessures.
Maar ik heb daarnaast altijd al graag gefietst. Om te volgen vond ik het zelfs een leukere sport.
Dus dat was eigenlijk wel een logisch alternatief.’
Metafoor
Toch wordt ook het wielrennen serieus aangepakt in huize Snijders. Van Patrick zelf hangt een professionele foto in de woonkamer, gemaakt tijdens een beklimming van de Mont Ventoux. En ook Snijders junior zien we, fraai fotografisch vastgelegd, op een tweewieler. Weliswaar niet in de Provence, maar alvast oefenend op het Lange Pad in het Leudal. ‘Samen met Jurre ben ik lid van Cycling Team Limburg. Daarnaast ben ik zelf nog lid van Wielervereniging La Rochelle. Bergop fietsen vind ik het mooiste dat er is.’ zegt Patrick. Het overwinnen van weerstand - in de natuur, door de elementen – is wellicht ook wel een passende metafoor voor waar hij zich momenteel op voorbereidt: de Tour for Life.
Op de fiets van Italië naar Nederland, van 29 augustus tot en met 5 september, over een onvoorstelbaar mooie route.
Beginnend met een forse klim naar de Col de l’Iséran, op een hoogte van 2764 meter. Het gaat om een sponsortocht waarmee geld wordt ingezameld voor het Daniel den Hoed Fonds, voor kankeronderzoek dus.
Motivatie
‘Helaas ben ook ik de laatste jaren steeds vaker geconfronteerd met die ziekte, bij mijn vader en schoonvader met name’ verklaart Patrick zijn motivatie.
‘Het besluit om deel te nemen aan de Tour for Life nam ik nadat bij mijn schoonvader voor de tweede keer kanker werd geconstateerd.
Hij wordt behandeld in Arnhem, waar ze veel connecties hebben met het Erasmus Medisch Centrum. Daar wordt succesvol kankeronderzoek gedaan, gefinancierd door het Daniel den Hoed Fonds. Op die manier hoorde ik van de Tour for Life en ik begreep dat dit voor mij dé manier zou kunnen zijn om iets te doen. Ik ben gezond en ik kan me op een sportieve manier inzetten om mensen te helpen die dat niet zijn. Het is maar een kleine bijdrage, maar alle beetjes helpen.’
Onderzoek
Noem het maar beetjes. Als deelnemer haal je een minimaal sponsorbedrag op van 2500 euro. Bij Patrick staat de teller op het moment van schrijven echter al op bijna 6000 euro. Het blijft hard nodig, deels ook wel door het feit dat de tocht vorig jaar niet door kon gaan vanwege corona. Nu zijn de vooruitzichten beter.
De opbrengst van de Tour for Life gaat in ieder geval volledig naar de financiering van het wetenschappelijk onderzoek én de aanschaf van geavanceerde apparatuur. Het onderzoek is gericht op ‘personalized medicine’, een hoopgevende methodiek. Zoals de naam al aangeeft: persoonsgericht en effectief.
Uitdaging
Tegen de tweehonderd deelnemers zullen de circa 1300 kilometer afleggen, onder meer over wereldberoemde cols uit de Tour de France. Vanuit Italië langs idyllische Franse dorpjes naar het noorden. Door glooiende landschappen via Metz de Belgische grens over, waar venijnige kuitenbijters worden getrotseerd. En uiteindelijk natuurlijk de finish in ons eigen Limburg. ‘Het belangrijkste is uiteraard het doel waarvoor we fietsen’ geeft Patrick aan. ‘Maar het is zeker ook een mooie sportieve uitdaging. Het is verder geen overdreven luxe onderweg of zo, dat spreekt me wel aan. Je betaalt 500 euro inschrijfgeld. Daarvoor worden de tenten vooruit gereden en opgezet op campings. Ook het eten, drinken en sportieve verzorging wordt geregeld. Zo gaat er bijvoorbeeld een sportkok mee, die energierijkemaaltijden serveert. Maar dat is het dan wel en dat is prima.’
Sleeptouw
Het sportieve niveau van de deelnemers zal waarschijnlijk nogal uiteenlopen. Hoewel hij als atleet graag soleert, is Patrick toch iemand die geneigd is om anderen ‘op sleeptouw’ te nemen. Alleen of met een groep, dat maakt hem niet zo veel uit. ‘Vroeger op vakantie zette ik bijvoorbeeld bij bergtochten al vaak de route uit, nam ik op een bepaalde manier de leiding als je het zo wilt noemen. Maar ik hield wel altijd de zwakste schakel in het oog en paste daar de aanpak op aan. Je moet het immers samen doen. Dat is in dit geval niet anders. Een kleine groep waarin ik me lekker voel, vind ik het prettigste. Ik zoek vooral geen massaliteit op.’
Intens
Patrick verwacht in ieder geval een toch wel intense week, waarbij waarschijnlijk vreugde en plezier, maar ook andere emoties zullen worden gedeeld. ‘Ik kan me heel goed voorstellen dat na zo’n dag of twee, ‘s avonds op zo’n camping, de verhalen wel komen. Je kent de mensen dan al een beetje en iedereen heeft zo z’n eigen geschiedenis. Mensen die zelf ziek zijn geweest, of een dierbare hebben verloren misschien. In die situatie denk ik wel dat het een voordeel is dat het qua omvang geen enorm evenement is. In een relatief kleinere groep ontstaat dan waarschijnlijk toch meer binding
’Dromen
In sportief opzicht laat Patrick weinig aan toeval over. Voor een deel kende hij het parcours al door verschillende vakanties. Wat nog onbekend terrein is kan tegenwoordig zelfs van thuis uit makkelijk worden onderzocht via internet, inclusief stijgingspercentages. ‘Wat dat betreft weet ik precies wat me te wachten staat in augustus.
Bovendien is het toch wel leuk om na te gaan waar de grote koersen voorbij gereden zijn: de Giro, de Tour.’ Zoals iedere jongen die z’n rondjes door het dorp fietst was Patrick in zijn hoofd vroeger ook Greg LeMond of Stephen Roche. Die dromen zijn voorbij en misschien aan Jurre, hoewel pa de grote wielerronden uiteraard wel allemaal volgt.Maar voorop staat nu eerst de realiteit van een maatschappelijke bestemming. Patrick is klaar voor zijn eigen ‘Grande Départ’...