ColumnsGerrit Tacken

Column Lente op Landgoed ’t Heijk door Gerrit Tacken

Midden Limburg

Het is een mooie lentedag bij ons op de boerderij. De kalfjes dartelen in de wei, lammetjes zoeken hun moeder om aan de uier te mogen drinken, de kittens van onze poes Vicky kijken voor het eerst uit hun oogjes en liggen lang uitgerekt in hun mandje met de buikjes tonnetjerond. En dat is nog maar het begin van deze prachtige zonnige dag. De geboortegolf, die bij de lente hoort is nu pas echt op gang gekomen. ’s Morgens wordt er een mooi veulen geboren in het weiland waar merrie Festina al een aantal uren onrustig aan het ronddraaien is geweest.

’s Middags heeft een van de Nederlandse Landgeiten 2 kleine bokjes ter wereld gebracht. Gedurende de hele dag kruipen er elk uur een paar schattige Lakenvelder kuikentjes uit hun zorgvuldig opengepikte schaal.

Ook voor ons is het heel bijzonder om dit nieuwe leven op de wereld te zien komen. Ik realiseer me dat het tegenwoordig slechts weinigen gegund is om dit nog mee te maken.

Bij boeren komt het natuurlijk vaker voor, daar lijkt het misschien zelfs alledaags en heel gewoon. Bij burgers die enkele dieren houden is er meestal sprake van aanschaf van een elders geboren dier dat vervolgens deel uitmaakt van het gezin. Maar het geboren worden zelf blijft voor velen onder ons toch een wonder wat zelden of nooit met eigen ogen wordt waargenomen. Dus moet je het dan hebben van een gefilmd geboorteproces op tv, maar dat is toch altijd weer anders dan in ’t echt.

En elk jaar weer herhaalt zich dit proces:  kalfjes, lammetjes, pups, kittens, biggetjes, konijntjes etc. Noodzakelijk om al deze dieren en diersoorten in stand te kunnen houden. Ze zien er ook allemaal erg schattig uit, zolang ze niet te groot groeien, lelijk worden of niet meer te hanteren zijn. Van alle geboren nutsdieren zullen de meesten vroeg of laat worden opgegeten. Daar voelt menigeen zich emotioneel wat in de knel komen. Begrijpelijk, echter we moeten niet vergeten dat de jaarlijkse jonge aanwas tot enorme overbevolking zou leiden als alle dieren (stok)oud zouden mogen worden. Dan zouden we binnen de kortste keren worden overspoeld met steeds meer bejaarde dieren. Deze moeten allemaal eten en verzorgd worden zonder dat er een afname plaatsvindt, tenzij door sterfte van ouderdom. Ik moet er niet aan denken!

Want ook dat proces naar ouderdom is bij de dieren vaak geen pretje en gaat gepaard met steeds meer mankementen. Bovendien zou dan fokkerij voor jonge aanwas op een heel laag pitje moeten worden gezet omdat er voor dat jonge spul dan absoluut geen ruimte of toekomst zou zijn. Nee, dan heeft de natuur het zich in het verleden nog niet zo slecht bedacht. In die natuur met een evenwicht van eten en gegeten worden zorgt de jonge aanwas steeds voor instandhouding van de soort. De mens zorgt in de veehouderij voor jong leven dat vervolgens kan opgroeien om daarna veelal in de voedselketen terecht te komen. Daarmee wordt het ook tot waarde gebracht. Als we géén dieren meer zouden eten stokt deze fokkerij van jonge dieren.

 

Wat mij betreft houden we dieren sowieso op een dierwaardige manier.  Dit geldt zowel voor gezelschapsdieren alsook voor landbouwhuisdieren die na een goed leven op een dierwaardige manier mogen worden geslacht en geconsumeerd. Zo heeft de voedselketen door de eeuwen heen gefunctioneerd. Zo kunnen we ook allemaal blijven genieten van alle jonge dieren die in de lente geboren worden. Ook onze kinderen kunnen dan blijven meemaken hoe jong leven ontstaat en waar al deze dieren, na een mooi leven, tot waarde kunnen komen. Dat is niet alleen zielig, dat is ook realistisch.

Gerrit Tacken

Gerrit Tacken was jarenlang dierenarts in de Dierenartsenpraktijk in Ell. Inmiddels brengt hij zijn tijd vooral door tussen de Zeldzame Huisdierrassen thuis op Landgoed ’t Heijk en op landelijk niveau als voorzitter van de SZH, Stichting Zeldzame Huisdierrassen. Daarnaast wordt hij regelmatig uitgezonden naar ontwikkelingslanden om de veehouderij op een hoger plan te brengen. 
Graag wil hij ons laten meekijken wat er op dit brede speelveld allemaal voorbij komt.