Steen is dode materie, massief en keihard. Steen is eeuwig dezelfde en levenloos. Daarom liggen stenen op de graven van doden. Volgens een oude gewoonte wordt jaarlijks in de belangrijkste nacht die christenen vieren, namelijk in de nacht voor Pasen met de Paaswake het paasvuur ontstoken met vonken die uit vuurstenen zijn geslagen. Dat is niet erg praktisch. Wel symbolisch! Zelfs aan de dode, levenloze steen kan vuur ontspringen en licht. Mensen zijn niet van steen. Maar als je met de dood en het kwaad wordt geconfronteerd, kan het gebeuren dat je versteent. Dat je koud wordt en verhard raakt.
En laten we eerlijk zijn we hebben allemaal onze zorgen en ons verdriet.
Omdat we onze baan hebben verloren. Omdat de relatie waarvan we droomden is stuk gelopen. Omdat de kinderen andere wegen zijn gegaan dan we voor hadden. Omdat die lieve man of vrouw aan onze zijde is overleden. Omdat we onze ouders niet meer om raad kunnen vragen. Omdat we onze familie niet meer spreken. Omdat die vreselijke ziekte ons moest treffen. Omdat we bang en onzeker zijn wat de toekomst ons brengen zal. Vul zelf maar aan hoe wij lijden aan het leven. Dat voelt soms ook aan alsof we bedolven worden onder een last. Hoe krijg je die ooit weggerold?
Het paasvuur zegt dat ook uit die steen nog een vonk kan komen. Een begin van nieuw licht en leven. Zelfs een dode steen draagt vuur in zich. Dat geldt voor Jezus.
Dit geldt ook voor ons, wij dragen een goddelijke vonk in ons mee. En die zal door de dood heen breken. Eigenlijk is dit Pasen. Uit doodse situaties opstaan, schouders er onder. De kracht ervaren die je in je hebt. Genieten nog van alle liefde om je heen en het wagen te vertrouwen op God en die mens die je dierbaar is en waar je op kunt bouwen. dat is liefde puur sang.
Ook ons leven zal door de dood heen breken en weer opbloeien. Die hoop houdt ons gaande, om ook zelf alles wat dodelijk is, voor het leven te doorbreken. God is er ook nog. En Hij heeft zijn handtekening gezet onder Jezus’ leven, met Pasen. Een mens is tot meer bestemd dan tot de dood en ondergang. Dat is de diepste reden waarom wij optimistisch en blij kunnen zijn, door alles heen. Dan blijft er altijd een glimlach van hoop! Dan beleven we een diepe vreugde in ons hart die niemand anders ons geven kan.