Vandaag is het de 5de mei. Vandaag vieren wij bevrijdingsdag, en ons leven in vrijheid. Gisteren op 4 mei werden op vele plekken een dodenherdenking gevierd.
Het is inmiddels drie jaar geleden dat we dit gesprek hadden en dit hoofdverhaal hebben gepubliceerd.
Echter is het gedachtegoed en zijn de overpeinzingen van Rick Veugen nog steeds zijn de moeite waard om te herlezen en zelf eens uw eigen gedachten en gevoelens de revue te laten passeren.
In gesprek met: Rick Veugen
Op 4 mei werd in het hele land weer de traditionele Dodenherdenking gehouden. In Leudal gebeurde dat in zes kernen.
Waar in Heythuysen burgemeester Verhoeven en pastoor Vankan spraken, dook in Roggel echter een 'gewone' jongeman op om bij het monument voor Jan Muis en Jan Mennen het woord te richten tot de aanwezigen.
Waarom was zijn toespraak zo opvallend? En wie is Rick Veugen eigenlijk? Een uren durende boswandeling bracht weliswaar wat helderheid, maar riep ook een veelvoud aan nieuwe vragen op
Het gesprek met de 24-jarige Veugen begint op het terras van een café, niet ver van het monument waar Roggelnaar op 4 mei zijn toespraak hield. Wie had hem gevraagd om daar zijn verhaal te doen?
'Heb ik zelf geregeld', steekt Rick van wal alsof het de normaalste zaak van de wereld is. 'Ik ben secretaris van de dorpsraad. Tijdens de vergadering in maart heb ik aangegeven dat er iets was dat me bezighield, waar ik iets over wilde vertellen en dus vroeg ik of het mogelijk was. Nou, dat kon.'
- 'Ik zou graag het karakter van de nationale Dodenherdenking langzaam willen zien veranderen in een jaarlijks stilstaan bij de lessen die we uit al die verloren levens kunnen halen. De jaarlijkse nationale dodenherdenking zou de functie krijgen van een waakvlam. Als het heden op het verleden dreigt te lijken spreken we met de dodenherdenking een 'waakvlam' uit. Met een waakvlam bedoel ik het volgende: een oproep met als doel ons te waarschuwen wanneer we dezelfde fouten lijken te maken die eerder in de geschiedenis tot onverdraagzaamheid, ruzie en oorlog hebben geleid. Ik zal nu de eerste waakvlam uitspreken'
(toespraak Rick Veugen, 4 mei 2015)
'Onbegeleidbaar'
Naast zijn bezigheden voor de dorpsraad heeft Veugen zijn activiteiten voor 3ML, de regionale omroep voor Leudal en Maasgouw. Zijn achtergrond is kunstzinnig, maar op de kunstacademie hadden ze vrij snel genoeg van hem. Hij zelf trouwens ook van de kunstacademie. Zijn hart lag bij de autonome kunst, op het gebied van keramiek, illustreren, schrijven. Maar hij liep vast op vakken die hem niet interesseerden en spendeerde dan ook liever tijd aan zijn eigen werk. In 2010 kreeg hij het stempel 'onbegeleidbaar'.
- 'Ik heb er geen spijt van hoor', maar het duwde me daarna wel even in een gat. Pas zo'n anderhalf jaar later ben ik weer dingen gaan maken. Nu doe ik vaker weer wat, aan vormgeving bijvoorbeeld. Verder ben ik regelmatig te vinden in de bibliotheek van Roermond. Daar zit ik dan te lezen of zelf te schrijven. Kijk, veel mensen creëren iets om zich te profileren, zichzelf in een kader te gieten. Ze moeten dan een heleboel uitleggen omdat het werk zelf te weinig zegt. Dat is niet mijn manier.'
- 'Ik wil vandaag waken voor een de groeiende afstand tussen u en ik, wij en zij. Er wordt weer onderscheid gemaakt tussen mindere en nog mindere mensen. Opnieuw worden er zondebokken aangewezen voor problemen in de samenleving of met de economie, die zo ontzettend moeilijk in elkaar steken dat het eigenlijk al onmogelijk is dat die aangewezen zondebokken dit hebben kunnen veroorzaken. Opnieuw lijkt het alsof er mensen hun best doen om de onvrede en woede in de samenleving op één punt te richten, door ons simpele antwoorden te voeden die iedereen zou kunnen begrijpen.'
(toespraak Rick Veugen, 4 mei 2015)
'Wat ik voel, voel jij ook'
'Waar ik gewoon niet bij kan is hoe we kunnen vergeten dat mensen, wat voor kleur ze ook hebben of waar ze ook vandaan komen, in feite allemaal eender zijn. We hebben dezelfde dromen, verlangens en zorgen. We willen allen liefhebben en geliefd worden. We wensen allemaal het beste voor onze kinderen. We zouden elkaar zo gemakkelijk kunnen begrijpen, als we dát maar eens wilden onthouden. Wat ik voel, voel jij ook. OK, de oorzaak kan anders zijn, maar pijn of verdriet manifesteert zich bij ieder mens precies hetzelfde.
- 'Mensen kiezen hun woorden zo hard, op het randje van het toelaatbare en in plaats van te bewijzen dat de anderen de schuldigen zijn, draaien ze het om; bewijs maar dat het niet zo is! Zo zaaien ze twijfel en wantrouwen onder ons allemaal. Ik vrees dat het verschil tussen goed en kwaad opnieuw aan het vervagen is. Ik heb sprekers gehoord die zeggen: zet onze medemens maar op straat, dat ze maar zien hoe ze aan hun eigen bed, bad en brood komen. Dat zou hen namelijk ontmoedigen, misschien zelfs wel een lesje leren.'
(toespraak Rick Veugen, 4 mei 2015)
Parallellen
Lange tijd was het absoluut 'not done' om te refereren aan de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog en de aanloop naar die periode, wanneer men sprak over de problemen van het heden. Daar lijkt verandering in te komen. Niet omdat situaties één op één vergelijkbaar zouden zijn. Maar burgemeester Verhoeven van Leudal gaf in zijn 4 mei toespraak al aan dat verschillen tussen toen en nu wel geconstateerd kunnen worden, maar dat de parallellen tussen bijvoorbeeld vluchtelingen van destijds en de mensen die op dit moment een veilig heenkomen zoeken vanuit oorlogsgebied, ook best benoemd mogen worden. Pastoor Vankan durfde in zijn preek nog wel een stapje verder te gaan.
Wie de ogen sluit voor het verleden, is blind voor de toekomst. En de vraag is hoe blind wij zijn anno 2015. Kijkt u eens naar de voorpagina van de krant. Hoe actueel is niet de vraag hoe welkom vluchtelingen zijn? Mensen met een naam en een gezicht, die de Middellandse Zee oversteken op zoek naar een nieuw begin. Stelt u zich eens voor dat eind 1944, toen de Roermondse bevolking en mensen uit de omgeving richting Friesland moesten evacueren, de Friezen zouden hebben gezegd: ‘het is hier vol, ga maar weer terug naar je eigen plek.' Hoe welkom zou een Anne Frank zijn in onze tijd, waarin antisemitisme weer opbloeit in een klein landje, van waaruit tussen 1940 en 1945 de meeste Joden zijn gedeporteerd? En waar men nu blij is als een boot vol vluchtelingen verdrinkt.'
(Pastoor Vankan, 4 mei 2015)
Grijs
Opmerkelijk toch dat op diezelfde dag, een paar kilometer verderop, een jongeman uit Roggel vergelijkbare gedachten onder woorden bracht. En daarbij niet vergat in de spiegel te kijken. Want Rick is er van overtuigd dat goed en kwaad echt in ons allen huizen en hij betrapt zichzelf er op dat het wantrouwen hem soms ook in de greep heeft. Hij is dan teleurgesteld in zichzelf, maar het blijft vooral een kwestie van keuzes maken weet hij. Dus stelt hij de zaken graag scherp. Voor anderen, maar ook voor zichzelf. Iemand als Hitler alleen afschilderen als een monster is hem te makkelijk.
'Natuurlijk heeft die man monsterlijke dingen gedaan, dat is de discussie niet. Maar hij was er voor zichzelf zeker van dat hij het juiste deed, dat het noodzakelijk was. Om juist hem als mens te zien is dan ook heel akelig voor de meesten van ons, omdat we ons dan moeten buigen over de vraag waartoe we zelf allemaal in staat zijn. Omdat we dan inzien dat de wortel van het kwaad in ons allen zit en de verantwoordelijkheid voor onze keuzes daarmee bij onszelf ligt en niet bij anderen. Pas wanneer je zaken eens wat minder zwart-wit bekijkt maar meer grijs, zie je ook dat mensen gaan nadenken, met zichzelf gaan onderhandelen: ga ik dit nu erg vinden of niet? Zijn deze vluchtelingen vreemde wezens of ook echte mensen, net als ik?'
- Hoe hebben ze me dan toch weten op te delen? Is het na zo vaak dezelfde uitspraken en meningen herhaaldelijk gehoord te hebben, dan toch bij me naar binnen gekomen? Ik ben het er niet mee eens, dit is niet wie ik ben. Dit is niet wie ik wil zijn. Ze hebben me te pakken gekregen met die bangmakerij.
(toespraak Rick Veugen, 4 mei 2015)
'Zullen we trouwens eens wat gaan wandelen?', zegt Rick ineens. 'Ik kan beter nadenken als ik loop.'
- Een aantal jaar geleden op straat, keek ik niet op of om voor iemand in het bijzonder. Als koppige goedzak zei ik 'hoi' tegen iedere voorbijganger, zoals dat hier normaal is. Of ik me nu in het dorp bevond of ergens anders. Ik vind het fijn om vriendelijk te zijn, ik zie graag een ander lachen als ik 'hoi' tegen hem of haar zeg. Maar tegenwoordig ben ik onderweg bezig met het afwegen tegen wie ik wel 'hoi' kan zeggen en tegen wie misschien beter niet. Alsof het gevaarlijk is, of me in grote problemen kan brengen.
(toespraak Rick Veugen, 4 mei 2015)
Jeugd
Even later passeren we het monument terwijl Rick verder vertelt. 'Ik had al op heel jonge leeftijd een besef van de eindigheid van alles en het leed in de wereld. Achteraf gezien misschien te vroeg, want ik was vaak een bang en boos kind. Het moet voor mijn ouders en omgeving moeilijk geweest zijn daarmee om te gaan. Ik voelde me vaak alleen. Maar ik heb veel geluk gehad met mijn mentor op de middelbare school.
- Ik herinner me een beer van een jongen. Hij was toen, als puber, al ongeveer twee meter groot, breed geschouderd, een kop zo groot als een voetbal en zo pikzwart als mensen uit Centraal-Afrika zijn. Een ruige jongen. Grote bek, klein hartje, die er veel plezier in had om mensen aan het lachen te maken, of ze een beetje te laten schrikken. Een ijdeltuit met nette kleren. Hij stelde zichzelf voor als Friz maar eigenlijk heet hij Frits. (...) Niet zo heel lang geleden passeerde ik Frits weer op straat. Hij had een volle baard laten staan. Op dat moment heb ik pas echt beseft wat er in 11 jaar tijd in mij is veranderd. Want ik voelde echt angst bij het zien van die baard. In mijn hoofd riep die baard namelijk een beeld op van een extremist, een salafist, een foute moslim. Een pikzwarte afrikaan met een baard: het joeg me echt angst aan. Al die rotte bangmakerij, die verdelende praat heeft mij ook heeft beïnvloed. Die volle baarden zijn in de mode. Tegenwoordig proberen sommige jochies van een jaar of 14 zelfs, met hun eerste donshaartjes, een baardje in elkaar te breien. Ik was zo teleurgesteld in mezelf, want ik weet verdomde goed dat Frits geen moslim is.
(toespraak Rick Veugen, 4 mei 2015)
'Het was een speciale middelbare school, wat eigenlijk niet nodig was. Ik bleek uiteindelijk onontdekt hoogbegaafd. Onontdekt omdat ik een hele grote discrepantie heb op het gebied van rekenen. Ik liep daarom nogal vast op school, waar men allerlei verklaringen voor had die stuk voor stuk niet klopten. Zat ik ineens tussen kinderen met leer- en opvoedmoeilijkheden, met autismespectrumstoornissen. Maar de mentor had dus in de gaten dat ik daar niet hoorde. Hij was degene die me 'moeilijke boeken' te lezen gaf. Die me stimuleerde na te denken over alles. Ik vond het leuk om hem zwart-wit stellingen voor te leggen. Maar hij gaf altijd een 'grijs' antwoord. Mooie man, ik moet hem nog eens opzoeken. Het was een heftige tijd, want er gebeurde nogal wat daar, maar wel een gelukkige tijd. Ik hoorde er dan misschien niet thuis, maar ik hoorde er wel tussen, als je begrijpt wat ik bedoel.'
- 'Toen ik op de middelbare school in Roermond zat was ongeveer iets minder dan de helft van buitenlandse afkomst en weer een deel daarvan was daadwerkelijk nog maar net uit het buitenland hier komen wonen. (...) Nooit heb ik angst gehad voor mijn klasgenoten of wantrouwend stil gestaan bij hun afkomst. Ik was toen niet bezig met na te denken over wat zij mogelijk over mij dachten of wat ik wel niet over hen dacht. We waren klasgenoten, gelijk aan elkaar.'
(toespraak Rick Veugen, 4 mei 2015)
Bekeken en bekritiseerd
Via het Lange Pad in het Leudal lopen we voorbij de Ursulamolen. 'Weet je, het gaat allemaal om angst. Je bent bang of niet. En mensen worden tegenwoordig echt bang en onzeker gemaakt. Door de regering, door overheidsinstanties. Mijn generatie wordt bovendien continu bekeken en bekritiseerd op social media. Daarom ga ik daar ook heel bewust mee om.'
- 'Een overheidsinstantie dwingt werklozen om talloze keren te solliciteren, zelfs op banen ver beneden hun niveau. Een deels afgekeurde stratenmaker wiens lichaam door zijn vak vroeg is versleten moet na twee keer weigeren elk soort werk wat hem aangeboden wordt accepteren, zelfs als hij daar niet geschikt voor is, zelfs als het hem doodongelukkig maakt en hij zich niet meer waardig zou voelen. Die rit moet hij dan uitzitten tot hij bijna 70 jaar is. Doet hij niet wat de instantie wil, dan pakken ze hem zijn leefgeld af. Zoals die man zonder bed, bad en brood wordt hem het leven zo onleefbaar gemaakt zodat ze leren om te gehoorzamen. Is dit nu goed of slecht?'
(toespraak Rick Veugen, 4 mei 2015)
Waakvlam
'Met woorden een 'waakvlam' aansteken op de vierde mei is misschien wel de perfecte manier om met mensen hierover te kunnen spreken, hen te bereiken. Dat was wat ik graag wilde. We staan dan allemaal dicht bij elkaar. Het ging tot dusverre steeds over het verleden, maar er zijn inmiddels zo veel parallellen met het heden dat waakzaamheid meer dan ooit is geboden. Die waakvlam is met name zo belangrijk omdat wanneer je je in het midden van gebeurtenissen bevindt en van binnen naar buiten kijkt, het onmogelijk is om overzicht te hebben over de gevolgen. Daarom is geschiedenis misschien wel de allerbelangrijkste les voor de maatschappij. We willen ons toch niet om de zoveel tijd aan dezelfde steen stoten? We willen toch allemaal van het leven genieten en leuke dingen kunnen doen?'
Het gesprek
Wanneer we uiteindelijk via Nunhem en de Litsberg op de terugweg zijn wordt het langzaam tijd voor een soort slotwoord, voor zover mogelijk.
'Het gaat er vooral ook om dat we met elkaar in gesprek moeten blijven en er niet zomaar vanuit moeten gaan dat we alles kunnen weten. Laat staan begrijpen. Dat is ook een stuk zelfacceptatie. We hebben allen onze eigen talenten die even waardevol zijn en die we kunnen uitwisselen, zonder dat we aan van buitenaf opgelegde verwachtingen zouden moeten voldoen. En als de angst weer eens opspeelt, verschuil je dan niet. Ga opnieuw het gesprek aan. Ben je bang voor de ander? Praat met hem of haar. Zit de angst in jou? Ga dan met jezelf in gesprek.'